Aankomend weekend staan de laatste internationale wedstrijden van de Europese cross winter op het programma. Nog één keer door de modder wadderen met Wuyts op Sporza. Nog één keer genieten van de Nederlands enclave in het vrouwenveld (ook al is het zonder Alvarado) en daarom ook nog één keer cross vrijdag. Een review van de, deze winter door het slijk getrokken Specialized Crux

Bij het begin van de cross vrijdagen kondigde we hem al aan en bij veel van de artikelen zag je hem opduiken. Vanaf de warmste Augustusdag ooit tot het winderige WK in Rucphen stond de crux te blinken op mijn fiets kamertje. Hij werd gebruikt tijdens trainingen en wisselde diensten af in wedstrijden met de deze maand in het blad gereviewde Canyon Inflite.

Met de Crux heb ik inmiddels ruimschoots ervaring. Ik kan wel zeggen dat ik met deze fiets kan lezen en schrijven. De fiets is dan ook al een aantal jaren nauwelijks veranderd en voordat ik in 2017 de Crux Elite gebruikte voor onder andere de Three peaks cyclocross en in 2019 een seizoen lang op de Crux expert mocht rijden fietsten ik al met een Crux S-works in de rondte.

Rijgedrag

Wat er allemaal op en aan de Crux Expert zit kun je hier lezen. Wanneer je wilt weten hoe de fiets rijdt, blijf dan vooral verder lezen. Met een barbecue de avond voordien sta ik voor het eerst met de Crux opgelijnd aan de start in het Zuid Limburgse Mechelen. Meteen één van de mooiste omlopen op de nationale kalender. De Crux is een zeer comfortabele fiets in vergelijking met veel concurrentie. Minder hard dan de Canyon Inflite. Hij laat zich goed vergelijken met een Stevens Superprestige. Het ‘tuig’ van half crossend Vlaanderen, Sanne Cant inclusief.

De geometrie met een vrij laag balhoofd is zeer sportief. De Crux is een echte racemachine, geen halfbakken gravel fiets. Een rechte vork zorgt eveneens voor sportief stuurgedrag en een goed voorspelbare machine. De vorig jaar geteste Cannondale SuperX gaat nog net wat strakker de bocht door, vooral in los zand passages scoort de andere Amerikaan een streepje beter.


Diep in mijn hart schuilt nog steeds een grammenjager.

Qua onderdelen is de Crux vrij standaard. Een Sram CX1 groep zoals we in crossland inmiddels al jaren gewend zijn. Werkt feilloos. Vooral, omdat de schakelkabel als één volledig gesloten buitenkabel door het frame heen loopt. Weinig onderhoud, veel plezier.

De Praxis crank is een van de weinige vernieuwingen op deze uitvoering van de Crux. En dat een vernieuwing niet direct een verbetering hoeft te zijn wordt hiermee bewezen. Het tandwiel is vrij groot qua oppervlak en heeft gaan ‘rand’ tussen de tanden en spider. Hierdoor krijgt modder vrij spel om rondom de tandjes op te hopen waardoor de ketting er vroeg of laat afloopt. Op tijd van fiets wisselen (of het voortandwiel vervangen) is een pré.

Van barbecues en zonnige crossen is inmiddels al lang geen sprake meer. Het is een vochtige winter. Hoge temperaturen, maar veel modder. Dat betekend automatisch poetsen, afspuiten en modder banden. De Crux wordt standaard geleverd met Roval CL 38 wielset. Mooi om mee te trainen, beperkt om mee te crossen vanwege de draadbanden. Een nadeel, want buiten dat de fiets toch al behoorlijk kostbaar is, heb je ook nog één of zelfs twee wielsets nodig.

Conclusie

Deze Crux staat hoog in de ranking als het gaat om topcrossers. Op zondagmiddag zien we enkel Tom Pidcock, Maghalie Rochette en Christine Majerus er op rond rijden, dat wil niet zeggen dat de concurrentie met beter gerief aan het vertrek staat. Integendeel. De Crux is één van de crossers met het hoogste comfort level, scoort goed als het gaat om stijfheid en is zeer voorspelbaar. Ook alle gekozen onderdelen zijn inmiddels bewezen goed. Met een paar extra remblokken en wellicht een nieuwe binnenkabel extra kun je een volledig seizoen vooruit. Zowel de balhoofdlagers als de uit de kluiten gewassen Praxis bracketlagers draaien nog naar behoren en hoeven nog niet vervangen te worden. De remdruk is in orde en de pad nog – of alweer – recht. De Crux is niet goedkoop, maar kwaliteit wel van hoog niveau. Wellicht zien we komend seizoen een opvolger van de Crux. Al vraag ik mezelf af wat er echt beter kan. Aerodynamica speelt amper een rol. Laat die remkabels maar mooi buiten het balhoofd om lopen. Dat is wel zo fijn in onderhoud. Ook het gewicht is heel al heel netjes. Misschien maken ze wel gewoon iets heel moois. We gaan het zien. In augustus kriebelt het weer. Dan duiken we het zand terug in. Op zoek naar het crossgevoel, slappe friet en Vlaamse zever. Reken maar dat ik geniet.