Een zeer interessant artikel vandaag in het HLN dat zowel licht werpt op hoelang bij Remco al het verlangen leeft om naar een ander team over te stappen enerzijds en anderzijds een moderne juridische visie die weerlegt dat contracten moeten uitgedaan worden,, zoals hier op het forum, in verschillende zaken uit het verleden, door sommigen werd beargumenteerd.
HIeronder enkel van de spraakmakende stukken;
Het artikel gaat over Sebastien Ledure een advocaat die zich in zijn carriere heeft laten inspireren door het Bosman arrest en zich gespecialiseerd heeft in de juridische kant van sporters en hun werkgever. In eerste instantie blijkbaar vooral in tennis en basketbal, later voetbal en nu dus ook wielrennen. Tot zijn klanten behoorden blijkbaar mensen als Lukaku, Justine Henin, Didier Mbenga en ook mensen die sport beoefenden via Golazo. Ondertussen handelt het kantoor in naam van 300 sporters in alle aspecten van het sportrecht.
De man en zijn advocatenkantoor werd 2.5 jaar geleden al benaderd door de papa van Remco (die ook zijn manager is), die geinspireerd werd door de zaak met Lukaku. (die de transfer maakte van Chelsea naar Inter en nadien weer terug)
verder zegt hij:
“Toch is het met die hele dynamiek rond Remco aan het bewegen. En merk je een nieuwe evolutie”, aldus Ledure, daarin bijgetreden door Loïc Darcis, die zich binnen Cresta specifiek toelegt op wielrennen. “Wielrennen is, op z’n zachtst uitgedrukt, nog redelijk ‘traditioneel’. Alles duurt er allemaal wat langer. Wij denken dat daar wat innovatiever mee kan worden omgesprongen, in het belang van de renner zelf. Want de vaststelling is wel dat er eenzelfde nood is aan persoonlijke, onafhankelijke begeleiding als in andere sporten. Zeker ook vanuit de hoek van (ouders van) jonge(re) renners die in de War on Talent enorm worden gegeerd door topteams.”
Ledure en Darcis zijn ervan overtuigd dat die evolutie ook meer en meer zal leiden tot intensievere onderhandelingen. En tot three-party agreements, zoals ook het geval is geweest tussen Remco Evenepoel, Soudal Quick-Step en Red Bull-BORA-hansgrohe. Waarbij het duo wees op de mogelijkheid voor een Belgische sportbeoefenaar (M/V) om, onder toepassing van het Belgische recht, zijn of haar contract te beëindigen als de ex-werkgever een vergoeding betaalt die gelijkstaat met het salaris van de resterende contractduur.
Een juridische zijweg die uiteindelijk niet werd bewandeld, omdat de drie partijen effectief tot een akkoord kwamen. En, dixit Jurgen Foré, CEO van Soudal Quick-Step, “bij ons het gevoel heerste dat er niet moest worden aangedrongen.”
“Over het dossier-Evenepoel op zich kunnen en mogen we geen commentaar geven omdat we gebonden zijn aan het beroepsgeheim”, zegt Ledure. “Wel kan ik, in algemene termen, zeggen dat je in zo’n zaken altijd een stroming hebt die vindt dat een contract een contract is en hoe dan ook moet worden nageleefd. En... (lacht) die roept ‘dat die van het voetbal niet moeten denken dat ze in het wielrennen kunnen komen zeggen hoe het precies moet’.”
“Maar er is enerzijds de economische realiteit, die inhoudt dat mensen die je voor lange tijd vastlegt niet altijd eeuwig blijven. En anderzijds een juridische evolutie, namelijk het arrest-Diarra uit 2024. De (inmiddels ex-, red.) Franse speler had zijn contract voortijdig en eenzijdig opgezegd en werd daar door de wereldvoetbalbond FIFA voor gesanctioneerd.”
“Wel, het Hof van Justitie in Luxemburg heeft dat volledig van tafel geveegd. In de redenering dat mensen elders moeten kunnen gaan werken als ze dat absoluut willen doen. Mits het betalen van een schadevergoeding, uiteraard, waarin alle partijen zich kunnen vinden. Maar zoiets beletten en tegenhouden: neen, dat kan je écht niet meer.”