Steven Kruijswijk is de eerste Nederlander die in alle grote rondes in de top-vijf is geëindigd. De 31-jarige renner werd in 2016 vierde in de Giro, eindigde dit jaar als vijfde in de Tour en werd zondag vierde in de Vuelta.

Goed opgebouwd

De eerste week van de Vuelta maakte Wilco Kelderman van de twee Nederlandse klassementsmannen de beste indruk, maar na twee weken schoof Kruijswijk iets naar voren en zakte Kelderman wegens het gebrek aan koersritme terug. De 32 kilometer lange tijdrit bracht Kruijswijk plots in kansrijke positie op zelfs de eindwinst. Door zijn vierde plaats in de race tegen de klok pakte hij tijdwinst op mannen als Yates, Quintana, Mas, Valverde en Lopez en klom hij naar de derde plek.

De vreugde was echter van korte duur. Een dag na de tijdrit verloor Kruijswijk op de lastige Balcon de Bizkaia een minuut op zijn concurrenten en zakte hij weer terug naar de vijfde plek. Met twee bergritten in het verschiet moest hij van goeden huize komen om nog op het podium te eindigen. Na de bergrit naar Andorra (3e) leek dat er helemaal in te zitten, maar een dag later waren Mas en Lopez de Nederlander te sterk en slim af. Meer dan een vierde plaats zat er niet meer in.

‘Beloning voor al het werk’

“Het waren drie zware weken”, blikt Kruijswijk op de site van LottoNL-Jumbo terug. “Ik ben heel blij met mijn prestaties, al blijft het jammer dat ik het podium net niet haal. Maar je moet eerlijk zijn: de anderen waren gewoon beter over drie weken. Dan moet ik daar vrede mee hebben”, is Kruijswijk eerlijk. “In zijn geheel mag ik zeker trots zijn op mijn vijfde plaats in de Tour en mijn vierde plaats in de Vuelta. Het is toch een beloning voor al het werk dat ik en ook de ploeg erin gestoken hebben. Met een podiumplaats was alles toch iets tastbaarder.”

Ploegleider Grischa Niermann is trots op zijn renners, maar kampt ook met gemengde gevoelens. Danny van Poppel en Steven Kruijswijk waren een paar keer dichtbij een ritzege, maar na 21 etappes staat de teller op 0 overwinningen. “Het doel was een klassement te rijden met Stevie en George en dat is gedeeltelijk gelukt. We hebben als ploeg een goed niveau gehaald en geknokt tot de laatste meter. En dan was dit het maximaal haalbare. Met wat we dit jaar hebben laten zien in de grote rondes, ben ik er zeker van dat een podiumplaats een kwestie van tijd is.”