Zelf laat ik de rit altijd in mijn herinnering voorbij gaan en bedenk me waar er eventueel winst te halen valt. Zat ik in de juiste groep op weg naar de Telegraph? Hoe lang heb ik gestopt? Kan ik de volgende keer een bevoorrading overslaan? Heb ik tijd verloren door kleding te verwisselen? Dat soort vragen stel ik me. En als het meezit rij ik de volgende keer elke klim ook een minuutje sneller. Alles bij elkaar opgeteld kom ik dan aan de nodige tijdwinst. De lat niet te hoog leggen en zeker niet denken dat het een volgende keer vanzelf gaat.
Tevens maak ik altijd een schema voor een cyclo. Dat doe ik op de volgende wijze:
- Voor de klimmen neem ik mijn VAM wat ik normaal gesproken kan rijden in dit soort ritten (niet de VAM van de recordrit op de Ventoux
- Voor de afdaling kijk ik naar strava. Het liefst van voorgaande uitvoeringen van de cyclo. Zelf ken ik mijn daalkwaliteiten en kan die projecteren op de stravatijden.
- De vlakke stukken bereken ik door gewoon het gemiddelde te nemen. Daarbij reken ik op een groepje waar ik kan meerijden. Ook goed kijken of het echt vlak is of vals plat omhoog of omlaag.
- Tel daarbij de tijd op voor bevoorrading en sanitaire stop en je komt op een aardige voorspelling.
Met een beetje oefenen lukt het me inmiddels om zelfs de tijd goed te schatten van een cyclo waar ik nog nooit gereden heb. Vorig jaar de Marmotte Pyrenees op slechts een minuut of zeven goed voorspeld. Maar goed, als het regent of het is 30 graden gaat het allemaal niet meer op.