
Om jullie alvast in de stemming te krijgen leek het me wel leuk om ook iets over de aanloop naar, etc. te vertellen. Vandaar:
Vikingtour deel 1: Hoe is het zo gekomen
Eerst maar eens wat over mezelf: Vanaf 1998 aan het spinnen en vanaf 2002 in m’n vrije tijd spinning-instructrice. In 2003 een racefiets gekocht en vanaf 2004 regelmatig een zondagochtend-rondje met een groepje vrienden, maar dat stelde verder nog niet veel voor. Via een vriendin me eind 2005 aangesloten bij een groepje van 10 vrouwen van VWV Langszij die in 2006 de Dolomietenmarathon gingen rijden. Met welgeteld 1200 kilometers in de benen de “medio corso” van de Dolomietenmarathon met goed gevolg volbracht. Datzelfde seizoen de Petite Crique (100 km, korte versie van de Velomediane Claude Criquelion) gereden in een tijd van 5 uur.
In 2007 tot eind juni naast het spinnen nauwelijks op de fiets gezeten. Daarna de smaak weer te pakken gekregen en de trainingsarbeid opgevoerd naar 10-12 uur per week. Wederom de Petite Crique, maar nu in een tijd van 4 uur en 15 minuten, dat smaakte naar meer…
De winter goed doorgekomen met spinnen, mountainbiken (opgepakt om m’n stuur- en daaltechniek te verbeteren) en een beetje hardlopen. Eind januari de mtb weer omgeruild voor de racefiets. Er stond nl. begin maart een weekje Tenerife met een vriend op het programma en daar moest ik toch wel al wat kilometers voor in de benen hebben. Tenerife verliep goed, met als hoogtepunt de rit naar de Teide met zo’n 2500 hoogtemeters in 90 km. Terug in Nederland werd door die vriend geopperd dat ik wel mee kon naar de Vikingtour.
De schrik sloeg me om het hart toen ik de site eens ging bekijken. Een cyclo van een week lang, 700 km en 11.000 hoogtemeters, compleet met proloog en tijdrit. Je fietst van etappeplaats naar etappeplaats en overnacht onderweg in sporthallen of scholen. Twijfel, twijfel. Heel zwaar, maar ook wel heel stoer om aan mee te doen. Opluchting: escape-route gevonden! Je kunt nl. ook in de tourklasse meedoen. Dan mag je ’s ochtends vroeger starten en je hoeft niet het volledige parkoers te rijden. In de 2e en 3e etappe zou je dan de zwaarste klimmen (en die zijn echt behoorlijk pittig!) kunnen skippen omdat die in een lus aan de doorgaande route liggen. Ook tijdrit (5e etappe, 18,5 km bergop) zou je kunnen skippen zodat je de die dag een rustdag hebt. Zo durf ik het wel aan, dus ingeschreven.
Nu is het een kwestie van veel trainen en kilometers maken. Op dinsdag de training van Langszij, op woensdag m’n spinninglessen, soms op donderdag nog een rondje en dan het weekend voor de langere trainingen. Veenendaal-Veenendaal gereden, de Steven Rooks Classic, de Fietschallenge, en alles loopt naar trevenheid. In de tussentijd hebben zich nog twee man bij ons groepje aangesloten. Nu ga ik dus met 3 snelle mannen die kant op, want alledrie hebben ze een amateur-licentie (2x A, 1x B).
Dan komen ze met een plannetje: als ik in plaats van tourklasse raceklasse zou gaan rijden kunnen we naast ons individuele klassement ook nog in het teamklassement (teams van 4 personen) meedoen. Weer twijfel, dan wordt het wel zwaarder, want dan moet er ook nog een ploegentijdrit gereden worden. Bovendien liggen onze capaciteiten wel heel ver uit elkaar. Ze wagen een poging bij een andere Nederlander die ook op de deelnemerslijst staat. Jammer genoeg hapt hij niet toe. Dan ligt het balletje dus weer bij mij... Het begint toch wel te kriebelen en voel me ook wel gevleid. Een trainingsweekend eind mei in Zuid-Limburg met Langszij verloopt bijna euforisch. Ik begin steeds beter te klimmen (toch al niet m’n zwakste punt) en ik kan met de beste vrouwen mee omhoog. Daar zullen de 9 kilo’s die ik kwijt ben sinds ik de zomer daarvoor serieus aan de slag ben gegaan ook wel wat mee te maken hebben
