Een korte intro. Het is ergens in december 2017 als ik voor het eerst een Pole live zie. De Evolink. Na even aandringen bij de eigenaar maak ik een kort ritje. Ik ben verkocht. Gevallen voor de extraordinaire looks, bijzondere denkwijze over geometrie en suspension setup, en vooral voor de rijeigenschappen. Wow,wat een ding. De Evolink werd niet veel later opgevolgd door deze Machine. Nog extremer, de grens nog wat verder opgerekt. Love it or hate it maar Pole, afkomstig uit Finland heeft met deze fiets iets heel bijzonders neergezet.

Niet bakken maar frezen

De Machine is een fiets volledig gemaakt uit 7075 T6 aluminium. Materiaal waar ze in de fietsindustrie normaal alleen sturen en eventueel stuurpennen van maken. Het is oersterk maar lastig te verwerken en bijvoorbeeld niet te lassen. Het is daarom dat dit frame volledig CNC gefreesd is. Hoe gaat dat dan? Twee voorgevormde delen worden één voor één tot een linker en rechter helft van het voorframe gefreesd. Hierna worden ze samen met lijm aan elkaar verbonden. Om de boel goed te laten hechten wordt het frame met bouten aan elkaar gezet. De bouten blijven zitten. De gaten zitten er immers toch al in.

De grote vraag is, waarom deze moeilijke constructie in plaats van carbon? We vroegen het Leo Kokkonen. Een eigenaardige Fin die grotendeels verantwoordelijk is voor deze creatie. ‘De basis om volledig op aluminium te focussen bestaat vooral uit het feit dat er bij de productie van carbon frames erg veel restmateriaal overblijft wat niet te recyclen valt, en dat is lastig te verkroppen voor natuurliefhebbers als ons’. Verder geeft Kokkonen aan dat ze graag zelf willen kunnen zien wat er gebeurt tijdens de productie van hun frames en dat kan niet als je dat outsourced naar het verre oosten. De aluminium producten worden nu allemaal gemaakt in één en dezelfde fabriek in Finland. Als laatste wordt toegevoegd dat het gebruikte aluminium en vooral op de manier hoe het verwerkt is veel sterker en minder crashgevoelig is dan carbon. Crashgevoelig misschien niet, krasgevoelig des te meer.

Buiten het boekje

De Machine is niet alleen bijzonder vanwege de productiewijze. Ook de geometrie en de daarbijbehorende rijeigenschappen zijn een genre op zich. Merken als Mondraker met de Dune, welke we vorig seizoen uitgebreid hebben getest komen in de buurt maar geen enkele fiets is zo radicaal in het gebruik van hoeken en lengtes als de Pole. De wielbasis is (in maat L) met 1335 mm ruim 10 centimeter(!) langer dan een gemiddelde enduro fiets. De reach (510 millimeter) een dikke 4 centimeter langer en ook de achtervork is verre van kort. De bovenbuis en balhoofdbuis zijn dan weer redelijk ‘normaal’. Aan de voorzijde is de balhoofdbuis met 63.9 graden 1 tot 2 graden luier dan wat we standaard noemen. Vergelijk de voorzijde eigenlijk maar gewoon met de maten van een X(X)L downhill racemachine. Door dit alles gaat de Pole bergaf zoals een poolhond door de poedersneeuw schuift.

En dan komt het bijzondere. Waar je met een pure downhill fiets geen meter kunt klimmen lukt dat met deze Pole wel. Het veersysteem bij de Pole draait om het bracket heen en zit in zijn geheel zeer laag. De demper is asymmetrisch geplaatst (vet!) en hierdoor is er alle vrijheid om de zitbuis extreem recht te maken. 79 graden maar liefst. Zo’n 5 graden rechter dan gebruikelijk. We testen dit tijdens een langere rit zonder shuttle en het werkt. Klimmen gaat verdacht goed en je zit behoorlijk ver boven het bracket. Kleine sidenote: Klimmen met zo’n fiets betekent rijden om boven te komen. Snel gaat dat niet. De vering is weinig aan trapinvloeden onderhevig en vraagt daarom ook niet om andere instellingen wanneer we bergop peddelen.

Vork & Demper

Flink radicaal dus. Ons testmodel in ‘TB’ versie heeft een Rockshox Lyrik RC2 vork met 180 millimeter veerweg en Super Deluxe RCT demper en 160 millimeter vering. De vorige zomer geupdate RC2 vork is het topmodel uit de Lyrik lijn en straalt één en al luxe uit. De vork biedt een legio instelmogelijkheden aan.

De is boterzacht en . we belanden uiteindelijk op 65 PSI en monteren een extra volume spacer om het duiken van de vork tegen te gaan. Rebound stellen we af op gevoel en de compressie geven we een paar klikjes. De vork voelt als een mes door de warme boter en houdt makkelijk koers. De achterdemper, de Super Deluxe RCT wijkt niet ver af van het gevoel wat de vork ons geeft. De achterdemper pompen we een paar keer bij voor we onze ideale setup gevonden hebben. De lock-out, of killswitch op de demper werkt naar behoren en zo gaat klimmen met de Machine behoorlijk goed.

Wielen & Banden

Mavic levert de wielen. Een paar Deemaxen. Het is jammer dat ze niet meer geel zijn want wat wilde ik als 12 jarige graag zo’n setje zwaar overbouwde downhill wielen uit Frankrijk. De gele hoepels zullen voor altijd Mavic én rampage tegelijkertijd uitstralen. De vernieuwde Deemax wielen zien er inmiddels een stuk ‘normaler’ uit en zelfs onopvallend. Maar wel met prettige stijve velgen en een binnenwerk in de achternaaf.

Rondom de Franse velgen zijn een paar Maxxis Minions gemonteerd. Een 2.3″ model achter, 2.5″ aan de voorzijde. In de achterband zit standaard een Norris insert gemonteerd. Luxe details! En prettig dat je zelf niet hoeft te klungelen met de foam inserts. We profiteren ervan tijdens één van de testritten. We burpen wat lucht en rollen zonder de velg te beschadigen van de berg richting pomp.

Onderdelen

De Machine is grotendeels afgemonteerd met onderdelen uit de stal van Sram. Een volledige Sram GX schakelgroep. Inclusief crank. Enkel de achterderailleur is iets luxer, een XO versie. Niet dat dit veel maar het ziet er wel kek uit natuurlijk. De Machine ‘semi opgebouwd’ geleverd. De derailleur, crank en ketting moet je zelf nog monteren. Deze zijn echter al volledig afgesteld met kabel en al. Ook de ketting is al op lengte. Een makkelijk dus.

Code remmen voor en achter met twee keer 200 millimeter schijven. Tot stilstand komen is met deze downhill setup geen probleem. De remklauwen met dubbele zuigers zijn één van de krachtigste remmen op de markt. De Reach van de remhendel is eenvoudig bij te stellen, iets wat we altijd kunnen waarderen.

Een minimale chainguide met bashguard beschermt het bracket en je tandwielen tegen rotsen en andere obstakels. Deze versie van One-up werkt prettig. Het deel dat de ketting op zijn plaats houdt is zonder tools te verschuiven wanneer je de ketting wilt demonteren.

Qua componenten rekenen ze in Finland op de RaceFace spullen. Niet heel spannend. Wel goed. 80 centimeter breed stuur, 35 millimeter klemming.

Nieuwe grenzen

Het ge-pole-ijste stukje techniek uit afkomstig uit Vaajakoski is geen heuvelrug fiets. Dit is een rauwdouwer. Een fiets die twee doelgroepen bedient. Ben je technisch minder begaafd dan helpt de extreme geometrie van de Pole je op het rechte pad te houden terwijl ervaren fietsers hun grenzen juist extra kunnen verleggen.

Of het nu Duitsland, de Ardennen of Italië is. Overal waar we komen en de Pole uit ons busje laden draaien alle hoofden om. Alsof Prins Pils in zijn gouden koets langs rolt draaien nekjes van links naar rechts. Boven aan de afdaling controleren we de banden, zetten de versnelling in standje volle bak en maken ons op voor een paar minuten vol gas. De Machine kun je laten lopen. Het is als een kat met 9 levens. Hij komt altijd op zijn wielen terecht. Alsof je aan het accelereren bent in een supercar, rijdt deze fiets hoe harder hoe beter. De achtervering doet z’n werk terwijl jij je vingers stevig klemt rondom de Ergon grips. Het Ultra Lange frame is zo verschrikkelijk stabiel dat je je eigen grenzen binnen no time begint op te rekken. Recht toe, recht aan. Overal overheen.

En korte bochtjes dan? Jumps, kombochten en switchbacks? Tja, dat is een ander paar mouwen. Wanneer je met zo’n log apparaat rap de bocht om wilt zul je redelijk technisch moeten zijn en je rijtechniek een beetje moeten aanpassen. Zo loont het om de fiets eerder al de bocht in te smijten. Je fiets zo plat mogelijk tegen de grond duwen verkleint de draaicirkel en daarmee de kans op snelheidsverlies aanzienlijk. Op ruwe tracks tijdens één van onze testdagen op de EWS trails in Finale was het verschil tussen een ‘normale’ 170/160 millimeter fiets en dit apparaat enorm groot. Niet zo zeer de uiteindelijke snelheid. Wel het gemak, de controle en het veilige gevoel dat de Machine je geeft. Waar andere fietsen krijsen als de elektrische gitaar van een Finse metalband is de Pole muisstil en hoor je enkel de symfonie van kletterende keien en schuivend grind onder je.

Conclusie

Wat een droombaan heb je toch als je je eigen droomfiets mag testen. Zou ik hem kopen? Ja en nee. Goedkoop is de Pole niet maar als je ziet wat voor een vakmanschap en ontwikkeling er in de machine zit dan is dat eigenlijk niet meer dan logisch en valt de frame prijs van €3500 nog best mee. Een mainstream S-Works is niet goedkoper. De fiets rijdt zoals je verwacht en zelden heb ik met zoveel vertrouwen en plezier een berg af gereden. De lange geometrie en is volledig mijn ding. Toch is het zonde zo’n dure fiets te kopen om er vervolgens meer naar te kijken dan mee te fietsen. Gelukkig heeft Pole onlangs de ‘Bushmaster’ uitgebracht. Zelfde concept. Dezelfde looks. 140 millimeter veerweg. Dat is de mijne!

+ Op het randje
+ Blikvanger
– Niet bruikbaar binnen de landsgrenzen
€6.450,00
polebicycles.com