HOOFDDORP – Thomas Dekker bekent zaterdag in een artikel in NRC Handelsblad dat hij in 2007, toen hij voor Rabobank koerste, ook bloeddoping heeft gebruikt. Dekker werd in 2009 voor twee jaar geschorst nadat hij was betrapt op het gebruik van dynepo.
Door Nando BoersNRC Handelsblad komt in haar zaterdageditie met een onthullend artikel over doping dat bestaat uit twee delen. Er is een stuk met het verhaal van Thomas Dekker, die tegenwoordig uitkomt voor de Amerikaanse ploeg Garmin en een artikel over de beginperiode van de Rabobank-ploeg in 1996.
In dat laatste verhaal spreken (ex-)renners over een waardeloos voorjaar waarin de ploeg werd zoek gereden, waarop onder leiding van Jan Raas werd besloten het roer om te gooien en epo te introduceren.
Structureel dopinggebruik
Een renner verklaart in de krant dat de sporters de doping niet zelf hoefde aan te schaffen, maar dat een deel van het prijzengeld werd gebruikt voor de aanschaf van epo en een medicijn voor nierpatiënten dat begin jaren negentig zijn intrede in het peloton deed om dopinggebruik te maskeren.
Een andere renner zegt in het artikel: “Er gingen in die tijd koelkastjes mee als we met het vliegtuig gingen.” Epo moet gekoeld worden bewaard.
Na de Tour Dopage van 1998, toen ploegen uit de Tour de France werden gezet na grote vangsten epo, was het gedaan met structureel dopinggebruik bij Rabobank. “Het was vanaf toen hooguit damage control. Er waren wel renners die het op eigen initiatief ging uitzoeken.”
In het artikel stellen twee renners dat Erik Dekker (geen familie van Thomas) reed “met epo of aanverwante producten”. Erik Dekker ontkent tegenover NRC. “Ik heb nooit doping gebruikt.”
Way of life
Thomas Dekker – het grote talent van de Raboploeg – begint in 2006 met epo. De ploegartsen hielpen hem daarbij, vertelt Dekker aan de krant. Later komt daar bloeddoping bij, ook onder toeziend oog van de medische staf van Rabobank, schijft de krant.
“Doping hoorde erbij en ik was gemakkelijk te beïnvloeden”, zegt Dekker. “Ik had toen eigenlijk mensen nodig die tegen me hadden moeten zeggen dat ik geduld moest hebben, dat ik met mijn fikken van de doping af moest blijven.”
“Maar die waren er niet. Integendeel. (…) Doping was a way of life voor veel ploeggenoten en collega’s om me heen. Je leeft hard, je traint hard, je doet er alles voor: doping hoort bij je beroep.”
Weg naar succes
Het is Dekkers toenmalige ‘begeleider’ die hem in contact brengt “met een man die bloedtransfusies deed”. Dekker: “Ik dacht dat dat de weg naar succes was. Alle grote renners deden het. Ik heb in de jaren erna drie keer een bloedzak gekregen.”
Later in 2007 gebruikt hij epo, tot slot ook dynepo, dat hem uiteindelijk fataal werd en waardoor hij twee seizoen geen wedstrijd mocht rijden. Dekker: “Met doping krijg je misschien eerst heel even alles. Maar uiteindelijk blijf je achter met niets.”
© NUsport/Nando Boers