Hij kent de kasseistroken niet allemaal uit zijn hoofd, maar Maarten Tjallingii komt een heel eind. ”Als ik de film voor mezelf afspeel, weet ik hoe de belangrijkste stroken erbij liggen”, aldus de renner uit de Blanco-ploeg.

De 35-jarige renner is een uitgesproken liefhebber van de ‘Hel van het Noorden’. ”Het is een van de zwaarste koersen die ik ken. Als ik Parijs-Roubaix rijd, gebeurt er iets me me. Ik vind het vooral zo speciaal om dat Velodrome in Roubaix binnen te rijden.”

Tjallingii koestert nog altijd zijn derde plaats van twee jaar geleden, toen hij lang vooraan bleef in een kopgroep en in de slotfase alleen Johan Vansummeren en Fabian Cancellara voorbij moest laten gaan. ”Ik heb voor dit seizoen van Parijs-Roubaix mijn hoofddoel gemaakt. Vanaf december zit dat al in mijn hoofd. Het moet mijn beste wedstrijd van het jaar worden.”

Winnen is natuurlijk het allermooiste, maar Tjallingii wil er twee dagen voor de beruchte voorjaarklassieker nog geen uitslag op plakken. ”Daarom spreek ik ook over ‘doelstemming’ in plaats van doelstelling. Mijn stemming heb ik in de hand, het verloop van de koers is minder goed te voorspellen.”

Grote favoriet

De voormalig mountainbiker weet natuurlijk ook wel dat Cancellara de grote favoriet is voor de eindzege. Tjallingii was vorige week zondag zelf getuige van de overmacht waarmee de Zwitser de Ronde van Vlaanderen won.

”Het zal niet meevallen hem te verslaan. Er is bijna een collectief van een heel peloton voor nodig om hem op de knieën te krijgen. Maar het moet kunnen. Als een groep kan wegrijden en de renners werken zo lang mogelijk samen, is er een kans. Ik wist in 2011 dat we het niet zouden redden met de kopgroep. Er was geen samenwerking meer. Je moet met je concurrenten een bondgenootschap sluiten wil je Cancellara kunnen afstoppen.”

Geen kopman

Of Tjallingii zondag in de kopgroep zit? ”Dat kan ik nu nog niet zeggen. Ik denk juist dat Blanco het eigen collectief moet gebruiken. We zullen tijdens de koers moeten bepalen wat het beste is voor de ploeg en wie er mee gaat in een ontsnapping. Lars Boom en Sep Vanmarcke zijn de aangewezen kopmannen, maar toen ik derde werd, was ik ook geen kopman.”

De Fries reed sterk in Vlaanderen en verwacht in de ‘Hel’ nog beter te zijn. ”Het is niet zo dat ik beter over de kasseien rijd dan een ander, maar ik heb wel het voordeel van mijn vermogen. Deze koers past bij mij omdat ik er al mijn energie goed in kwijt kan. En omdat ik een zware renner ben, rijd ik ook wat makkelijker over de stenen. Een lichte renner stuitert.”

© ANP