Veel kleine bedrijven zijn door de coronacrisis in de problemen gekomen. Nederlandse continentale ploegen worden veelal gesponsord door zulke bedrijven. Hoe staan ploegen als Vlasman Cycling Team en Metec-TKH er op dit moment voor?

Het wielerseizoen was amper begonnen of er kon al een streep gezet worden door alle plannen. In Nederland is het – zoals het er voorlopig uitziet – tot 1 september niet mogelijk om wielerwedstrijden voor (semi)profs te organiseren. In andere landen lijken wielerwedstrijden wat eerder op gang te komen. Zo zou het in België vanaf juli mogelijk mogen zijn om wedstrijden op gesloten omlopen te organiseren.

Waar de absolute toprenners kunnen toewerken naar 1 augustus (start van het vernieuwde WorldTour-seizoen) daar is het een stapje lager nog ietwat onzeker. Nationale koersen worden er voorlopig niet verreden, dus moet er over de landsgrenzen gekeken worden. Op de UCI-kalender staan in juli officieel de eerste wedstrijden op het programma, maar wellicht worden daar dus nog Belgische koersen aan toegevoegd. “De vraag is of organisatoren dat wel willen”, zegt Ton Welling van Vlasman.

Onzekerheden
Welling stopte op 38-jarige leeftijd met koersen en is sinds dat moment altijd actief gebleven in de wielerwereld. Zo’n situatie als nu heeft hij nog nooit meegemaakt. Al te graag hoopt de teambaas (vandaag blaast hij 69 kaarsen uit) dat zijn coureurs weer op pad mogen. “We gaan er nu vanuit dat we 1 augustus mogen rijden. Wellicht eerder, maar dat ligt aan de Belgische organisatoren. Het is allemaal een beetje onduidelijk. Ik las net dat ze in Slovenië deze maand nog het nationale kampioenschap willen organiseren. En in Duitsland rijden ze ook al koersen, maar dan alleen met Duitse renners. Er wordt geen lijn getrokken en elk land doet iets anders.”

Ton WellingHet gebrek aan wedstrijden is een heikel punt, maar er komt nog veel meer bij kijken als de wedstrijden eenmaal wél doorgaan. Wat met het vervoer? “Wij hebben een koers op het oog in Polen. Maar stel dat wij met tien renners daarheen willen gaan. Normaal zouden we met een busje rijden, maar nu mag je volgens de RIVM-maatregelen met niet meer dan 2 personen in een auto zitten. Dat betekent bij wijze van spreken dat iedereen met zijn eigen wagen naar Polen moet rijden. We zouden ook kunnen vliegen, maar dat loopt natuurlijk enorm in de kosten als dat naar elke wedstrijd moet.”

“En wat als we in Polen zitten en plots is daar de gevreesde tweede golf? Dan zitten we daar in quarantaine”, zegt Welling. Kortom: er gaat niet zonder slag of stoot gekoerst worden. Wat heeft dat voor gevolgen voor zijn ploeg? “Onze hoofdsponsor en naamgever Vlasman (specialist op gebied van sloopwerken en asbestsanering, red.) heeft een doorlopend contract, dus daar zitten we goed. Ook bij de andere sponsoren zien we op het ogenblik gelukkig geen problemen.”

“Het ligt er ook aan in welke branche de sponsoren zitten. Zit je bedrijf in de bouw of fietsenhandel, dan heb je het goed. Maar ook daar komt een terugslag. Is het niet dit jaar, dan wel volgend jaar of het jaar erop. Mensen hebben nu een fiets gekocht, dus kun je aannemen dat ze er volgend jaar géén kopen.”

Metec-TKH
Michel Megens van Metec-TKH kent met zijn ploeg ook nauwelijks problemen. “Onze hoofdsponsoren draaien meer dan goed”, klinkt het enthousiast over onder andere het bedrijf Metec, dat fietsenstallingen, straatmeubilair en verkeersvoorzieningen monteert en levert. “Dan hebben we ook nog zo’n stuk of twintig sponsors die gelieerd zijn aan Metec, dus ook daar zijn er geen problemen. Ik weet van één sponsor dat ze het lastig hebben, maar ik ben ervan overtuigd dat zij er weer bovenop komen.”

Problemen met betalen van salarissen hebben ze bij de ploeg waar zestien renners onder contract staan niet. “Ik hoor links en rechts dat er ploegen zijn van ons niveau die salarissen hebben gehalveerd, of zelfs niet hebben uitbetaald. Dat vind ik echt niet kunnen. Ik heb in het begin van het jaar de sponsorbijdragen gekregen, waardoor we iedereen netjes kunnen betalen. Ik vind dat je het niet kunt maken om over de rug van wielrenners zoiets te doen.”

‘Als we mogen koersen, gaan we koersen.’

“Het is niet leuk dat we nu niet kunnen koersen. Je bent bezig om topsport te bedrijven, maar in de basis zijn de renners zeker gemotiveerd om weer koersen te rijden. We hebben al een programma samengesteld, waarbij we 1 augustus ongeveer als startdatum hebben. Wij zouden dit jaar dan op 43 wedstrijddagen uitkomen, heb ik berekend. Dat zijn voornamelijk wedstrijden in het buitenland.”

Want Metec-TKH ligt goed in de internationale markt. Als alle seinen op groen staan hoopt de continentale ploeg op 6 augustus deel te nemen aan de Czech Cycling Tour. “Mits de wedstrijd georganiseerd wordt, gaan we daar naartoe. Wij hebben een touringcar, dus qua vervoer kennen we verder geen problemen. Het zal misschien voorkomen dat we één auto extra mee moeten nemen, maar dat is dan niet anders. Als we mogen koersen, gaan we koersen. Aan mij dan de taak om dat organisatorisch te regelen.”

Metec-TKH
De renners van Metec-TKH kunnen niet wachten om weer te koersen.

Wedstrijden in Nederland staan er voor Metec-TKH nauwelijks op het programma. “Ik heb begrepen dat er vijf Nederlandse wedstrijden georganiseerd worden. Twee uit de Topcompetitie en dan nog drie losse koersen. Ik ben blij dat we internationaal georiënteerd zijn en een goede naam hebben bij die organisatoren, want zo komen we toch nog aan een mooi programma.”

Renners staan te popelen om weer aan de slag te mogen. Na een noodgedwongen rustperiode schijnt er eindelijk licht aan het einde van de tunnel. “In maart werd aangekondigd dat we tot 1 juni niet mochten koersen. Dat werkte nog wel enigszins motiverend, zo van: lekker trainen en 1 juni zijn we fit om weer aan de slag te gaan. In een later stadium werd dat natuurlijk verlengd naar 1 september, dat werkte wel demotiverend. Maar gelukkig is het in fases gegaan, want als er direct werd aangekondigd dat het seizoen tot 1 september zou stilliggen, dan klonk het allemaal zo ver weg”, legt Megens uit, die overigens geen motivatieproblemen heeft ontdekt bij zijn renners. “We monitoren ze wel. Iedereen traint hard en goed, maar we moeten ook in de gaten houden dat ze niet té veel doen.”

Dylan Bouwmans Metec-TKH

Niet stilgezeten
Welling constateert hetzelfde en is blij dat zijn renners in de coronacrisis niet stil hebben gezeten. “Sterker nog: ze trainen meer dan toen ze nog wedstrijden reden. Daarmee geven we de sponsors wat terug, want zo zijn we toch op de weg zichtbaar. Ze zitten niet altijd thuis.” Ook bij Metec-TKH laten ze zich zien. Daar hebben ze zelfs een Youtube-serie waarin de renners met een cadeautje langsgaan bij sponsoren. “Dat wordt goed ontvangen”, zegt Megens.

Eén ding staat dus wel vast: de renners hebben niet stilgezeten. De ene na de andere ‘challenge’ passeerde de revue en het aantal trainingskilometers is nog nooit zo hoog geweest. “Afgelopen zondag hebben we hier in de omgeving van Groesbeek voor het eerst met de hele Vlasman-selectie getraind, weliswaar in groepjes. Dan merk je pas echt hoe erg iedereen snakt naar wedstrijden. We eindigen altijd met een sprint heuvelop, en iedereen was enorm actief. Zelfs Wim Stroetinga en Yoeri Havik bemoeiden zich ermee.”

Wim Stroetinga en Yoeri Havik
Yoeri Havik en Wim Stroetinga wonnen in januari nog de Zesdaagse van Rotterdam.

Geen baanwedstrijden
Daar noemt Welling twee belangrijke namen. Stroetinga en Havik zijn gevestigde namen op de baan, maar zullen het de komende tijd even zonder indoorwedstrijden moeten doen. Grote evenementen worden pas als laatste vrijgegeven en daarnaast vinden baanwedstrijden in een gesloten ruimte plaats. De Zesdaagse van Rotterdam gaat bijvoorbeeld in het najaar al niet door. Ook de Zesdaagse van Gent is al geschrapt.

“Dat is heel zwaar voor ze. Yoeri zou dit jaar meedoen aan de Olympische Spelen. Gaat dat volgend jaar nog wel door en mag hij dan mee?” Allemaal vragen waar Welling mee tobt. Zijn voorlaatste jaar als teambaas van een wielerploeg had hij van tevoren heel anders voorgesteld. “Volgend jaar wordt mijn laatste seizoen, want ik heb altijd gezegd dat ik op mijn 70ste zou stoppen. Het is erg vreemd zo. Normaal ben je elke week wel weg voor een koers, nu ben ik vooral achter de schermen met sponsoren bezig.”

Vlasman Cycling Team