Pagina 3 van 5
Geplaatst: 20 mei 2008 13:53
door lvgh
Dat ging denk ik over de DIY-dichte wielen..
Geplaatst: 20 mei 2008 14:04
door furk
Aaaaaaaaaah tuurlijk!
Geplaatst: 24 jun 2008 19:11
door pp_mm
Mijn advies: Ga lekker 1 uur fietsen en probeer daarmee gewoon constant zo hard mogelijk te rijden, daar wordt je echt hard van. Probeer verder voor en na elke tijdrit grondig te analyseren op welke punten je winst kunt pakken. Ga uit van de volgende regels:
- Als je overal 40 km per uur rijdt is je gemiddelde 40 per uur
- Als je de helft 45 rijdt en de andere helft 35 dan is je gemiddelde 39,5 (!)
- Ga zo hard mogelijk door de bocht
- Wind mee tandje zwaarder om snelheid te houden en beetje uit te rusten maar ga niet absurd versnellen
- Wind tegen probeer frequentie te houden en daarmee ook snelheid. Soms moet je hier even heel diep gaan maar na wind tegen komt altijd wel weer een keer wind mee. Wind tegen kun je het meeste winst pakken....
Voor doe-het-zelvers en andere extreme paupers is natuurlijk altijd nog deze oplossing:
Dicht je eigen achterwiel:
Benodigdheden:
- handschoenen
- (veiligheids)bril
- plaat acrylglas van 1,60 bij 0,66 m en een dikte van 2 mm (bij de gamma 22,29)
- meetlint
- boor
- metaalboortje 3 mm
- figuurzaag met zaagjes
- ijzervijltjes
- stanleymes
- liniaal (liefst van ijzer) of een metalen waterpas
- 2 houtboortjes (of 2 spijkers)
- touw
- doorzichtig plakband
- schuurpapier
- je eigen achterwiel (liefst met hoge velg)
- kransafnemer en … zo’n ding met een stukje ketting eraan.
Algemeen:
Het is niet bewezen dat deze vorm van een dicht achterwiel ook daadwerkelijk prestatieverhogend wekt.
Denk tijdens het productieproces aan uw eigen veiligheid.
De ontwerper is niet aansprakelijk voor eventuele schade.
Bij bepaalde wielen is de afstand tussen spaken en cassette niet toereikend en kan 1 van beide platen niet worden geplaatst.
Lees alvorens te beginnen de hele werkwijze nauwgezet door.
Zorg voor een vlakke ondergrond en deugdelijk materiaal.
Werkwijze:
1. Bepalen van de radius van beide zijden van het achterwiel:
Een echt dicht achterwiel is aan beide zijden recht; bij het werken met een standaard achterwiel heeft één kant in ieder geval een conusvorm (de kant waar de cassette niet zit).
Verwijder eerst de cassette. Meet met het meetlint aan beide zijden de afstand van het hart van de as tot halverwege het verhoogde gedeelte van de velg. Bij het werken met een lage velg meet je tot aan de velg zelf. Je hebt nu twee keer een radius (straal) bepaald, die we in het vervolg r1 en r2 zullen noemen.
Bij mijn achterwiel vond ik de stralen 29,6 cm en 30,0 cm.
N.B. Enig experimenteerwerk met een stuk karton kan handig zijn.
2. Aftekenen van de cirkels:
Voor het tekenen van de cirkels heb ik twee houtboortje gebruikt, omdat die een scherpe punt hebben. Bepaal waar het middelpunt van de cirkel ongeveer moet zitten en markeer dat punt door er met het houtboortje even in te prikken. Neem het meetlint en zet op een afstand r1 van het middelpunt een tweede markering.
Pak een stuk touw en maak het ene eind vast aan het ene houtboortje en bevestig het andere eind aan het andere houtboortje zodanig dat de afstand tussen beide boortjes overeen komt met de afstand (r1) tussen beide markeringen.
Zet nu één boortje op de eerste markering en trek vervolgens de cirkel door met het andere boortje een kras in de plaat te maken. Denk erom dat sommige touwsoorten vrij veel kunnen uitrekken, dus controleer je eindresultaat met het meetlint.
Herhaal de bovenstaande procedure voor de twee cirkel (met radius r2).
3. Zagen van de cirkels: (draag handschoenen en een (veiligheids)bril)
Voor je begint te zagen, is het handig om eerst de ruwe vorm te bepalen. Dit doe je door het stanleymes langs de liniaal te halen en tegelijkertijd krachtig op de plaat te duwen. Je kunt nu het gewenste stuk afbreken door de snede boven een rand te leggen en krachtig te duwen.
Nu de ruwe vorm is bepaald, kun je aan de slag met de figuurzaag. Neem hiervoor de tijd, want je moet ongeveer 3,6 meter zagen (immers twee cirkels à 2pr). Neem vooral GEEN decoupeerzaag, want dan breekt de plaat voor je het weet!
Als je de cirkels hebt uitgezaagd, schuur dan de randen zodat er geen scherpe randjes meer aanzitten.
4. Maken van de conusvorm:
De â€niet-cassette-kant†heeft een conusvorm en die moet de plaat dus ook hebben. Maak een snede (incisie) van het middelpunt naar de rand. Dit doe je m.b.v. het stanleymes en de liniaal: haal het stanleymes net zolang lang de liniaal totdat de plaat door is. Houdt er rekening mee dat de ondergrond beschadigt! Degenen die liever zagen dan snijden, kunnen dit ook doen, maar je moet wel goed recht zagen natuurlijk. Verwijder de scherpe randjes met een schuurpapiertje.
Vervolgens leg je de plaat op het wiel en duw de ene zijde van de snede over de ander zijde. Wees hierbij voorzichtig, want bij mij is de plaat gebroken! Als de plaat overal netjes tegen de spaken aanligt, dan markeer je de plaats waar de snede die boven ligt, de plaat raakt. Dan verwijder je de wig die zo is ontstaan m.b.v. het stanleymes en de liniaal.
Leg de plaat zodanig op het wiel dat de plaat goed in contact is met de spaken. De net gemaakte sneden moeten nu netje tegen elkaar aan liggen. Als dit niet het geval is en je het teveel weggehaald, dan ga je door met het volgende onderdeel. Als je te weinig hebt weggehaald, dan neem je gewoon een vijl ter hand en ga je door tot het gewenste eindresultaat is bereikt.
Als de â€cassette-kant†ook een conusvorm heeft, dan herhaal je de hierboven beschreven procedure.
5. Maken van de gaten in het midden (1):
Dit is misschien wel het meeste gepruts, gepas en gemeet. We doen eerst de â€niet-cassette-kantâ€. Meet de afstand van het hart van de as tot het begin van de spaken. Teken deze afstand met de â€twee-boortjes-methode†af op de plaat. Denk er wel aan dat je de goede plaat pakt!
Boor nu met het 3 mm ijzerboortje gaten dicht naast elkaar langs de net afgetekende cirkel. Verwijder de kleine cirkel m.b.v. het stanleymes en vijl de ruwe punten weg met een ijzervijl. Nu kun je testen of de plaat echt past. Is de middelste cirkel te klein, dan vijl je die nog wat uit m.b.v. een ijzervijl met een ronde kant; zorg wel dat je aan alle kant even veel wegvijlt!
6. Maken van de gaten in het midden (2):
Als tweede doen we de â€cassette-kantâ€. Als de naaf aan deze kant cirkelvormig is, dan ga je net zo te werk als bij het vorige onderdeel; anders volg je de volgende methode.
Meet de KLEINSTE afstand tussen het hart van de as en de buitenkant van de naaf. Neem deze afstand over op de plaat door het trekken van een cirkel. Verwijder deze cirkel zoals hiervoor is beschreven.
Leg de plaat op het wiel en markeer de plaatsen waar nog wat gevijld moet worden en doe dat vervolgens ook; waarschijnlijk kun je het beste een vijl met een platte kant gebruiken. Controleer ondertussen regelmatig of je al genoeg hebt weggevijld, want hoe beter het past, hoe beter het resultaat.
7. Markeringen aanbrengen en bevestigingspunten maken (1):
Leg de plaat van de â€niet-cassette-kant†op het wiel zodanig dat de plaat de spaken zo goed mogelijk raakt. Maak dan de beide zijden van de snede aan elkaar vast met een stuk plakband: de conusvorm zit er nu in. Plaats de snede precies tussen twee spaken in. Vervolgens zet je aan beide zijden van de nippels een puntje met het houtboortje. De tussenruimte tussen deze markeringen moet ongeveer 10 mm zijn. Zorg er dat bij het zetten van de markeringen rond de nippels voor dat de plaat niet beweegt!
Haal de plaat van het wiel en verwijder het stuk plakband. Boor nu met het 3 mm ijzerboortje de gaten op de markeerpunten. Je ene plaat is nu klaar.
Leg de plaat van de â€niet-cassette-kant†op het wiel zodanig dat de plaat de spaken zo goed mogelijk raakt.
8. Markeringen aanbrengen en bevestigingspunten maken (2):
Leg de plaat van de â€cassette-kant†op het wiel. Zorg er indien van toepassing voor dat de snede precies tussen twee spaken in zit. Markeer een gat voor het ventiel (houdt rekening met de grootte van de pomp). Zet weer markeringen aan beide zijden van de nippels.
Verwijder de plaat en boor gaten op de markeringen die naast de nippels zijn gemaakt.
9. Ventielgat maken:
Op de plaat aan de â€cassette-kant†heb je net een markering voor het ventiel gemaakt. Boor nu een gaatje op een punt van de markering. Maak je figuurzaag aan een kant los en haal het zaagje door het net gemaakte boring en maak de figuurzaag weer gereed. Zaag vervolgens langs de markering, verwijder de figuurzaag en je ventielgat is klaar.
10. De bevestiging:
Je bevestigt eerst de ene plaat m.b.v. een stuk touw. Je rijgt het touw door de gaten en om de nippels; het grootste deel van het touw bevindt zich dus aan de buitenkant. Tot slot knoop je beide uiteinden stevig aan elkaar. De plaat moet nu strak tegen de spaken aan zitten. Als dit niet het geval is, dan kun je m.b.v. een klein spijkertje een tourniquet maken en dan stukje plakband om het spijkertje en het touw doen, zodat het spijkertje niet terugdraait. Bij de andere plaat volg je dezelfde procedure.
Tot slot moet je je banden oppompen, het ventielgat afdichten met een stuk plakband en de cassette bevestigen.
Voor je je eigen dichte achterwiel in gebruik neemt, moet je natuurlijk wel testen of het nergens aanloopt en of alles goed vastzit! Dit in verband met de veiligheid.
Ontwerper: Kees Dopheide
Geplaatst: 25 jun 2008 22:50
door pim3
Indrukwekkend! Maar legaal...?
Geplaatst: 26 jun 2008 01:07
door amclassic-fan
Nee, het mag niet.
Geplaatst: 26 jun 2008 23:36
door camparacer
Op marktplaats staat de laatste tijd ook een advertentie van een gast die van die zelfbouw dichte achterwiel-kappen verkoopt.
Best bruikbaar voor de (interclub) tijdritten die voor iedereen toegankelijk zijn, bv de WV Snits tijdritten. Daar letten ze toch nergens op, kun ook nog gewoon starten met niet goedgekeurde tijdrithelm (weet ik uit ervaring). DK's zijn misschien een ander verhaal, maar mits goed uitgevoerd zal de jury het daar ook niet opvallen.
Houding
Geplaatst: 29 jun 2008 13:11
door corniel
Twee weken geleden heb ik mijn eerste echte tijdritfiets gekocht. Afgelopen week kon ik hem direct twee maal echt testen. Eerst tijdens de Zuid-Holland Tijdritcompetitie 2008 (in Dordrecht) en de dag er op tijdens de
Swift Time Trials. Bijde tijdritten waren tegen de 30 km.
Door de altijd sympathieke
Foto Koos zijn er tijdens eerste wedstrijd foto's geschoten.
Ronde 2
Ronde 3
Maar goed deze draad ging over tijdrit techniek, dus nu een vraag: Zelf ben ik redelijk tevreden over mijn zit/houding op m'n fiets, vinden de kenners dat ook of kan er nog wel aan het e.a. geschaafd worden?
Geplaatst: 02 jul 2008 22:40
door coulthard
Je zit wel ver naar voren. Dat is natuurlijk bij een tijdrit altijd meer dan op de wegfiets, maar je zadel toch niet meer dan 3-4 cm naar voren t.o.v. je gewone fiets.
En het kan ook nog zijn dat je tot aan de limiet van punt zadel 5cm achter bracket moet voldoen. Op die tijdritten letten ze er niet op, maar in meer officiele, zoals NK´s wel.
Daarnaast je helm de volgende keer meer naar achteren trekken, op deze manier heb je er nadeel van.
Geplaatst: 03 jul 2008 15:19
door maus_1990
NK letten ze niet op je zadel, alleen op de afstand tussen bracketAS en de uiteinde van je ligstuur ( schakelunit niet meegerekend) die afstand mag voor mensen onder de 1.80mtr max 75cm zijn, voor mensen daarboven moeten ze PER WEDSTRIJD dispensatie aanvragen mag dat 80cm zijn.
Overigens, mag je stuurtje wel wat korter zijn, zodat je je armen in een hoek van 90graden kan plaatsen
Geplaatst: 03 jul 2008 15:32
door kaj1500
enneh, tijdrijden doe je op 't buitenblad;D
Geplaatst: 03 jul 2008 15:55
door moustache
[quote="kaj1500"]enneh, tijdrijden doe je op 't buitenblad;D[/quote]
LOL

Geplaatst: 03 jul 2008 16:12
door hans
En bij een Blade hoort toch op zn minst een aero voorwiel.......