Markt voor mini-compact?
Geplaatst: 01 sep 2015 18:01
Wel graag met een compact willen rijden, maar liever niet (meer) met een gatenkaas-cassette? Lees dan verder...
Het luidkeels verkondigen van de grote producenten dat een triple overbodig is, omdat je met een compact eenzelfde bereik kunt realiseren, lijkt nogal discutabel. Met name indien het gepaard gaat met een gatenkaas-cassette. Immers, vanwege dergelijke cassettes ontbreken toch altijd enkele efficiënte (tussenliggende) versnellingen, waardoor de nodige energie — onnodig (!) — verspild zal worden.
Wanneer je regelmatig naar de heuvels/bergen trekt (of er woont), is het telkens wisselen van voorbladen en cassettes bovendien niet echt aantrekkelijk. Met name niet als je vaak op het laatste moment pas besluit — mede afhankelijk van het weer — om wel/niet af te reizen.
Wat mij betreft mogen grote jongens als Shimano, Campagnolo en Sram weleens een soort mini-compact op de markt brengen, waardoor de gatenkaas-cassettes voor de ‘gemiddelde’ racefietser niet meer noodzakelijk zijn, en je altijd met kleine stappen kunt op- en afschakelen. Denk dan bijvoorbeeld aan een 42-26T crankset met een bijpassende 10-22T minicassette (zie Ritzelrechner). Let wel, deze setup is zowel in de polder als in het hooggebergte prima bruikbaar!
Klimmen
Vergelijk de mini-setup maar eens met de (in bergachtige omgevingen) populaire compact 50-34T plus een 12-29T cassette (zie Ritzelrechner). De lichtste versnelling van de mini-compact (26x22) komt nagenoeg overeen met die van de standaard compact (34x29). En de zwaarste versnelling van de mini-compact (42x10) is zelfs ietsje zwaarder dan die van de standaard compact (50x12). Terwijl je met de mini-setup toch altijd met kleine stappen kunt op- en afschakelen. Zie de betreffende afstanden (in meters) per trapomwenteling...
In de polder
Met dezelfde setup (!) zal in de polder — in principe — alles op het 42T-buitenblad gereden kunnen worden, met achteraan de keuze uit 9 aaneensluitende tandwielen: 10 t/m 18T. Met bijvoorbeeld een cadans van 90rpm rijd je dan met de 42x18 t/m 42x10 tussen de 26 en 48km/u...
Conclusie
Met een mini-compact is het wisselen van de voorbladen/cassette-setup niet (per se) meer noodzakelijk. Geen onnodige energieverspilling meer, gewoon altijd en overal het juiste verzet voorhanden, zowel in de polder als in het (hoog)gebergte. Van mij mag zo'n mini-compact wel op de markt gedropt worden. Zou er veel vraag naar zijn? Zal me niks verbazen.
Het luidkeels verkondigen van de grote producenten dat een triple overbodig is, omdat je met een compact eenzelfde bereik kunt realiseren, lijkt nogal discutabel. Met name indien het gepaard gaat met een gatenkaas-cassette. Immers, vanwege dergelijke cassettes ontbreken toch altijd enkele efficiënte (tussenliggende) versnellingen, waardoor de nodige energie — onnodig (!) — verspild zal worden.
Wanneer je regelmatig naar de heuvels/bergen trekt (of er woont), is het telkens wisselen van voorbladen en cassettes bovendien niet echt aantrekkelijk. Met name niet als je vaak op het laatste moment pas besluit — mede afhankelijk van het weer — om wel/niet af te reizen.
Wat mij betreft mogen grote jongens als Shimano, Campagnolo en Sram weleens een soort mini-compact op de markt brengen, waardoor de gatenkaas-cassettes voor de ‘gemiddelde’ racefietser niet meer noodzakelijk zijn, en je altijd met kleine stappen kunt op- en afschakelen. Denk dan bijvoorbeeld aan een 42-26T crankset met een bijpassende 10-22T minicassette (zie Ritzelrechner). Let wel, deze setup is zowel in de polder als in het hooggebergte prima bruikbaar!
Klimmen
Vergelijk de mini-setup maar eens met de (in bergachtige omgevingen) populaire compact 50-34T plus een 12-29T cassette (zie Ritzelrechner). De lichtste versnelling van de mini-compact (26x22) komt nagenoeg overeen met die van de standaard compact (34x29). En de zwaarste versnelling van de mini-compact (42x10) is zelfs ietsje zwaarder dan die van de standaard compact (50x12). Terwijl je met de mini-setup toch altijd met kleine stappen kunt op- en afschakelen. Zie de betreffende afstanden (in meters) per trapomwenteling...
In de polder
Met dezelfde setup (!) zal in de polder — in principe — alles op het 42T-buitenblad gereden kunnen worden, met achteraan de keuze uit 9 aaneensluitende tandwielen: 10 t/m 18T. Met bijvoorbeeld een cadans van 90rpm rijd je dan met de 42x18 t/m 42x10 tussen de 26 en 48km/u...
Conclusie
Met een mini-compact is het wisselen van de voorbladen/cassette-setup niet (per se) meer noodzakelijk. Geen onnodige energieverspilling meer, gewoon altijd en overal het juiste verzet voorhanden, zowel in de polder als in het (hoog)gebergte. Van mij mag zo'n mini-compact wel op de markt gedropt worden. Zou er veel vraag naar zijn? Zal me niks verbazen.