Het is deze week prachtig weer en bij iedereen begint het wel te kriebelen om de fiets op te stappen. Lekker werken aan de tanlines en na maanden afscheid nemen van die witte melkflessen onder je bibshort. Echter, het gevaar van dat heerlijke zonnetje ligt op de loer. Insmeren helpt. Wij geven je een paar tips.

Ben je iemand die zichzelf niet smeert omdat je denkt dat je dan niét bruin wordt? Dat is een fabeltje: het insmeren zorgt ervoor dat de uv-straling minder schadelijk is en zorgt er dus ook voor dat je niet verbrandt. De huid wordt ondanks het insmeren wél bruin. Sterker nog: je huid ziet er dan zelfs mooier uit omdat het niet knalrood is.

Zonnebrandcrème kopen helpt dus. Of je nu zonnebrandcrème koopt van een huismerk of er veel dieper voor in de buidel moet tasten; het werkt allebei. De beschermingsfactor is namelijk overal ter wereld hetzelfde, dus daar ligt het niet aan. Waar het prijsverschil wel door komt? De verpakking, marketingkosten, dat soort zaken. Koop wel om het jaar nieuwe crème, want eeuwig houdbaar is het niet.

Veel wielrenners vinden het irritant als zonnebrandcrème in de ogen prikt. Daar heb je tegenwoordig middeltjes voor, zoals een simpele ‘sportspray’. Je kunt dan gewoon zweten en verkleuren tegelijk, zonder dat je ergens last van krijgt. Eventueel helpt het om een grote bril te dragen, dan is het ook niet nodig om rondom de ogen in te smeren en voorkom je die irritante prikkeling. Vergeet om na een activiteit niet opnieuw in te smeren als je weer naar buiten gaat, want als je de zonnebrandcrème afspoelt ben je niet meer beschermd. Het is een fabel dat je aan één keer smeren op een dag genoeg hebt.

Sfeerbeeld