Het fietsgekke Yorkshire is eind september het decor van de wereldkampioenschappen wielrennen op de weg. Fiets reisde een paar maanden geleden al af naar het noorden van Engeland om het uitdagende parcours te verkennen, de sfeer te proeven, én de schoonheid van het graafschap te ontdekken. Het werd in alle opzichten een geslaagde trip.

Tekst: Thomas Olsthoorn /// Foto’s: Cycle England

Bicycle, bicycle, bicycle
I want to ride my bicycle, bicycle, bicycle
I want to ride my bicycle
I want to ride my bike
I want to ride my bicycle
I want to ride it where I like

Op de stoep van Hartwith Bank in het dorpje Summerbridge staat een tienermeisje samen met haar ouders naar de passerende fietsers te kijken. Uit de de iPhone die ze in haar hand houdt, klinkt het refrein van het nummer Bicycle Race van de legendarische Britse popband Queen. De toepasselijke muzikale begeleiding op deze vroege zondagochtend zorgt direct voor een glimlach op mijn gezicht. Maar niet voor lang. De stijgingspercentages op Hartwith Bank schieten als een raket de lucht in en mijn glimlach verandert al gauw in een grimas. Als de huizen langs de weg plaatsmaken voor bosperceel is het harken geblazen. Ik schakel terug op het kleinste verzet en hijs mezelf op de gehuurde Trek Madone naar boven. Ik moet ik denken aan de Eyserbosweg in Zuid-Limburg, waarmee deze kuitenbijter aardig wat gelijkenissen vertoont. Het enige verschil is dat er aan het laatste stuk onder de bomen geen eind lijkt te komen. Net als aan de steile stroken die constant tegen de 20 procent aan hikken en er soms zelfs overheen schieten. Na 800 meter zwoegen breekt aan het einde van het bosperceel het landschap ineens open. Vanaf het plateau heb ik een schitterend uitzicht over de countryside met zijn groene weiden. Door de onderbreking van stenen muurtjes lijkt het net alsof ze als stukjes lappendeken tegen de heuvels aan liggen. Dit is Yorkshire op zijn best.

Epicentrum

Het is begin mei als ik op bezoek ben in de meest populaire fietsregio van Engeland. Want zo mag Yorkshire wel worden genoemd. Dat is vooral te danken aan de Tourstart die hier in 2014 plaatsvond. De twee voorgaande edities van de grootste wielerwedstrijd ter wereld hadden met Bradley Wiggins en Chris Froome twee Britse winnaars opgeleverd en dat zorgde tijdens het Grand Départ in Yorkshire voor een enorme publieke belangstelling. In totaal trokken de eerste twee dagen van de Tour liefst 2,3 miljoen mensen. Het organiseren van de Tourstart gaf niet alleen een boost aan de economie en het toerisme, er ontstond ook een heuse wielercultuur aan de overkant van het Kanaal. Die fietshype bereikte heel Engeland, maar was in Yorkshire het meest hevig en dat is sindsdien ook zo gebleven. Niet in de laatste plaats door de Tour de Yorkshire, de vierdaagse rittenkoers die in 2015 het levenslicht zag.

Ik bezoek het graafschap in het noorden van Engeland op het moment dat de Tour de Yorkshire in volle gang is. En dat is te merken. In de wijde omgeving van Harrogate, mijn verblijfplaats deze dagen, wemelt het niet alleen van de recreatieve fietsers maar ook van de gele bordjes met daarop een zwarte racefiets die horen bij de koers.

Harrogate is het plaatsje waar in 2014 de finish lag van de eerste Touretappe. Thuisfavoriet Mark Cavendish was vastberaden zijn eerste gele trui te veroveren in de geboorteplaats van zijn moeder. Helaas voor de Manx Missile ging het faliekant fout. In een chaotische sprint wilde Cavendish zich voorbij Simon Gerrans wurmen, maar kwam ten val en liep een schouderblessure op. Marcel Kittel pakte de ritzege en het geel. Voor Cav was het einde Tour.

In het laatste weekend van september zal Harrogate wederom het middelpunt van het internationale wielrennen zijn. De UCI heeft het statige stadje uitgekozen als finishplaats voor alle onderdelen van de wereldkampioenschappen op de weg.

Als ik in Harrogate arriveer heeft het peloton tijdens de tweede etappe van de Tour de Yorkshire zojuist een rondje gereden over de finale-omloop van de WK. Even later in het hotel vertelt Moray Tuach van All Things Ride dat hij en de andere fietsers die hij dit weekend op sleeptouw neemt, eerder op de middag het rondje op de fiets hebben verkend. Ik baal enigszins en hoop dat er zich de komende dagen nog een mogelijkheid komt om de omloop met eigen ogen te zien.

Geen meter vlak

Die kans doet zich de volgende dag nog niet voor. De derde etappe finisht in kustplaats Scarborough en net als de profteams verplaatsen we ons met ons samengestelde fietsclubje per bus naar de North York Moors, een nationaal park in het noordoosten van het graafschap. Na zo’n 15 kilometer merk ik al dat fietsen in Yorkshire totaal anders is dan in Nederland. Het is hier geen meter vlak. Lange stroken vals plat worden afgewisseld door korte afdalingen en venijnige heuveltjes. En dat in een compleet verlaten maar tegelijkertijd zeer bosrijke omgeving. De vergelijking met de Ardennen is snel gemaakt. Net als in de Ardennen kan het ook in de Moors spoken. Voor deze tijd van het jaar is het met een zo’n 8 graden behoorlijk fris. Een goed ventilerend thermojack en een regenjasje zijn geen overbodige luxe.

Ondanks de constante dreiging van een plensbui bereiken we droog en wel het gehucht Hackness, waar de weg door de lokale autoriteiten is afgezet voor het peloton dat op komst is. We slaan linksaf omhoog om de kuitenbijter te tackelen die de renners straks ook voor de kiezen krijgen. Het is een klimmetje van nog geen kilometer maar met een gemiddelde stijging van boven de 10 procent moet er toch even op de tanden worden gebeten. De aanmoedigingen van het enthousiaste publiek doen mijn moraal zo goed dat ik tot het gaatje ga om zo snel mogelijk boven te komen. Een half uur later komt het peloton voorbij met Chris Froome en zijn Ineos-ploegmakkers voorop. Na het koukleumen langs de kant van de weg en het schuilen voor een korte maar hevige regenbui kiezen we voor de kortste route naar Scarborough via Silpho en Burniston. Ook in de kustplaats met zijn spectaculaire rotsen en golvende wegen worden we hartelijk onthaald door de vele toeschouwers langs het parcours. Terwijl we ons met een kop thee opwarmen aan de finishlijn, die op de boulevard pal naast het water van de Noordzee is getrokken, breekt voorzichtig de zon door. Het is nogal contrasterend met de beelden op het grote tv-scherm waarop te zien is hoe de profs hemelsbreed 10 kilometer verderop worden geteisterd door regen en rukwinden. Die onheilstijding wachten we niet af. We pakken onze fietsen en rijden via de steile straatjes door het centrum naar een buitenwijk waar de bus ons al staat op te wachten.

Afzien en genieten

Een dikke twaalf uur later wrijf ik nog maar eens de slaap uit mijn ogen. Het is half acht ’s ochtends en ik sta naast het Hyde Park te wachten op het startschot voor de Yorkshire Sportive, een toertocht van en naar Leeds. Tijdens de WK zal deze stad als startplaats fungeren voor de wegwedstrijd van de mannen. Moray en zijn kameraden, die vanuit Londen naar Yorkshire zijn gekomen, staan te trappelen. Ze hebben een week geleden de Mallorca 312 gereden en met hun goed getrainde benen zijn ze vastberaden de Sportive sneller te voltooien dan vorig jaar. Vanuit het vertrek geven ze dan ook vol gas. Ik haak mijn wagonnetje aan bij de Britse stoomlocomotief, maar merk al snel dat ik op mijn theewater aan het rijden ben. In de wetenschap dat ik nog zo’n 100 kilometer heb af te leggen, besluit ik al vrij snel een tandje terug te schakelen en de groep te laten gaan. Liever lekker doortrappen én genieten dan de hele dag tussen mijn kader hangen en geen oog hebben voor de mooie omgeving, denk ik bij mezelf.

Via veelal afgelegen weggetjes, die tussen de grotere A-wegen door lopen, rijden de honderden deelnemers en ik over glooiende heuvels en langs velden met een zee aan bloemen in noordelijke richting. De route loopt links langs Harrogate en verder omhoog via de B6451 en de B6265 naar Kirkby Malzeard, het meest verre punt van het parcours. In dit pittoreske dorpje heeft de wielerkoorts genadeloos toegeslagen. Overal hangen blauwe vlaggetjes met de witte roos van York, elke tuin is versierd met gele fietsen en andere prullaria, en ook de plaatselijke fanfare is opgetrommeld.

Na de vrolijke passage door Kirkby verandert het decor. De vriendelijk ogende heuvels hebben plaatsgemaakt voor een open en uitgestrekt maanlandschap met enkel lage begroeiing. De beklimmingen worden langer en slopender. Zeker na de tweede tussenstop in Pateley Bridge, als de Greenhow Hill zich direct aandient. Deze 4 kilometer lange klim kent in de eerste kilometer direct meerdere stroken van 16 procent, maar als die eenmaal achter de rug zijn en ik mijn tempo heb hervonden, is het vervolg goed te doen. In plaats van rechtdoor te gaan naar de Yorkshire Dales, een groot nationaal park net als de Moors, begint de lange weg terug naar Leeds. Met de wind in de rug en een eindeloos licht dalende weg is het na het klimmen van zoeven heerlijk knallen op de grote plaat.

Flitsende achtbaan

Na de oversteek bij het Thruscross Reservoir sla ik even verderop bij Blubberhouses linksaf en verlaat het parcours. Om niet het risico te lopen dat ik mijn vlucht naar Amsterdam mis, heb ik met Moray afgesproken niet terug te rijden naar de finish in Leeds maar direct naar het hotel in Harrogate te gaan. Deze koerswijziging geeft me precies voldoende tijd om nog snel de laatste 8 kilometer van de finale-omloop van de WK te verkennen. Via Penny Pot Lane duik ik vanuit noordwestelijke hoek Harrogate in. Maar niet voordat een korte afdaling en een scherpe bocht mijn snelheid flink doen verminderen en ik op een korte helling op de pedalen moet staan om mezelf weer op gang te trekken.

De laatste kilometers naar de finish zijn niet anders. Harlow Moore Drive met rechts statige herenhuizen en links het stadspark is wederom een bliksemsnelle duik naar beneden. In hartje centrum volgt een haakse bocht en daarna is het meteen weer optrekken op Cornwall Road. Via Hereford Road en Kent Road beland ik op Ripon Road. Recht voor mijn neus zie ik de laatste helling richting de meet op West Park Street. Op deze plek lanceerde Fabian Cancellara in de slotkilometer van de eerste Touretappe in 2014 zijn late uitval, die op tijd onschadelijk werd gemaakt. Toen ging de weg gewoon rechtdoor en konden de sprinters zich door een kort hupje naar beneden lanceren op Parliament Street.

Op zondag 29 september rond de klok van 17.00 uur worden ze echter eerst nog rechtsaf naar Swan Road gestuurd en daarna meteen naar links om via Crescent Road en een bocht naar rechts pas op Parliament Street te belanden. Met zwaar verzuurde benen moeten ze dan nog een keer het laatste restje jus uit hun spieren persen op de laatste helling van zo’n 150 meter die daarna overgaat in een lichte uitloper naar de finish aan West Park.

Vijf jaar geleden ging het eerste geel zoals gezegd naar Kittel. Gezien de vele energie-slurpende klimmetjes onderweg, de kans op waaiers, het onvoorspelbare weer, en de flitsende achtbaan in het tweede deel van de vaste omloop, is het WK-parcours in Yorkshire veel meer geknipt voor explosieve en aanvalslustige klassiekercoureurs dan voor pure sprinters. Een kolfje naar de hand van mannen als Mathieu van der Poel en Julian Alaphillipe, als je het mij vraagt.

Reisinfo

We vlogen met KLM van Amsterdam naar Leeds Bradford Airport. Met P&O kun je ook per boot de oversteek maken en dat is met eigen fiets in de bagage een groot voordeel. Ons verblijf in Harrogate was in The Yorkshire Hotel (the-yorkshire.co.uk), dat praktisch aan de finishstraat van de WK-wedstrijden ligt. De fietshuur en -tochten werden verzorgd door Moray Tuach van All Things Ride (allthingsride.com). Wie Yorkshire in de week van de WK wil bezoeken, doet er wat betreft verblijfplaats slim aan voor Leeds of omgeving te kiezen in plaats van voor het dure en inmiddels zo goed als volgeboekte Harrogate, dat per bus, trein en taxi goed bereikbaar is.

Meer informatie of boeken?