De zoektocht naar het voor jou perfecte zadel is meestal een gebed zonder eind. Maar verschillende fitting-systemen beloven uitkomst te bieden…

Van de drie contactpunten tussen de renner en zijn fiets – pedalen, stuur en zadel – draagt het zadel het meest gewicht. Het heeft in potentie dus ook het grootste negatieve effect op het fietscomfort, om precies te zijn in de vorm van zitvlakproblemen. In welke richting een renner de oplossing vervolgens moet zoeken hangt af van zijn lichaamsbouw, fietsdoelen en positie op de fiets. Het wordt nog gecompliceerder als je bedenkt dat producenten en ‘bikefitters’ verschillende oplossingen aandragen om het zadelvraagstuk op te lossen. De methodes lopen uiteen van diverse metingen (afstand tussen de zitbotjes, bekkenrotatie, flexibiliteit van de ruggengraat, gewichtsverdeling op het zadel, diameter van de dijen) tot simpelweg afgaan op feedback van de renner in kwestie, of een combinatie van meerdere methoden.

Maar welke aanpak is nu het beste? Aangezien ik al lange tijd kamp met zitvlakproblemen voel ik mij de aangewezen testpersoon en begeef ik me in de wereld van de bikefitters en zadel-meters. Om te beginnen zoek ik mijn heil bij de pressure mapping fitting technology van de Duitse firma gebio-Mized. Dit systeem meet de drukverdeling op het zadel, waarna de fitter aan de hand van de data een geschikt zadel zoekt of de renner helpt om de juiste positie op diens eigen zadel te vinden.

Onder druk

Het systeem werkt als volgt. De bikefitter schuift een soort handschoen met 64 sensoren over het zadel, waarna de renner plaatsneemt en begint te fietsen. De sensoren meten de druk en sturen de data vervolgens draadloos naar een computer. De meting wordt vaak gedaan als onderdeel van een complete fietsmeting, want het een kan eigenlijk niet zonder het ander: de positie op het zadel hangt af van de positie ten opzichte van het stuur en de pedalen. Als het bij een van de drie contactpunten niet goed zit, is de kans groot dat het bij de andere twee ook mis gaat. Bikefitters gebruiken pressure mapping om in kaart te brengen hoe het gewicht van een renner over het zadel is verdeeld. Dat levert objectieve data op met behulp waarvan vervolgens het juiste zadel kan worden gekozen. Eenvoudig is dat niet. Er zijn honderden verschillende zadels te koop die op duizenden verschillende manieren kun nen worden gemonteerd: brede, smalle, gebogen en vlakke zadels (zowel in de breedte als in de lengte), zadels met lage, brede en smalle neuzen, flexibele en minder flexibele exemplaren, zadels met of zonder sleuven en gaten om de druk te verkleinen, zadels met meer of juist minder padding, of padding op verschillende plekken. De eigenschappen van een zadel kunnen het fiets-comfort sterk beïnvloeden. Meer pad ding betekent bijvoorbeeld niet automatisch meer comfort. Bij een zacht zadel zakken de zitbotjes dieper weg, waardoor er meer druk komt op de rest van het zitvlak. In dat geval wordt de druk gelijkmatiger verdeeld, niet alleen over de botten maar ook over het perineum, en dat is juist niet de bedoeling.

Volgens de gebioMized-fitter is pressure mapping de beste manier om al die variabelen mee te wegen en zo tot een op maat gesneden zit te komen. Tijdens de bikefit wordt mijn hele fietshouding onder de loep genomen en wordt er op de Wattbike een scan gemaakt van mijn pedaalslag, want die verandert bij iedere aanpassing aan het zadel, het stuur (maat en vorm) en de schoen-plaatjes. De meting levert pressure maps op die laten zien hoe de druk over het zadel verdeeld is en drukt daarnaast de stabiliteit en krachtsverdeling van de pedaalslag uit in cijfers. Op basis van de data test ik een selectie van zadels. Ik kies uiteindelijk voor de Selle Italia C2, een smal (136 millimeter) zadel met een lichte kromming en een kleine inkeping die goed bij mijn smalle heupbotten past. Uiteindelijk is het namelijk niet alleen een kwestie van data, maar ook van simpelweg uitproberen: alleen op die manier kun je er met zekerheid achter komen op welk zadel de druk het best wordt verdeeld.

Het is lastig om een beslissing te nemen op basis van een enkel ritje

Hoe voelt het?

Dat is precies ook het idee achter de volgende methode die ik uitprobeer. Waar de ene bikefitter vooral afgaat op data, gelooft de ander meer in renners-feedback en trial and error. Bij de tweede bikefitter word ik op een pastoestel gezet om twintig zadels te testen, steeds in setjes, slechts dertig seconden per exemplaar (dat is lang genoeg om een mening te vormen) en in verschillende posities. Per setje moet ik vervolgens een favoriet aanwijzen. De favorieten gaan naar de tweede ronde, waarin ik de selectie terugbreng tot twee exemplaren, die ik normaal gesproken – als ik een gewone klant was geweest – uitgebreid op de weg had mogen testen. Het is namelijk lastig om een beslissing te nemen op basis van een enkel ritje: je voelt pas echt goed of een zadel geschikt is wanneer je er wat langer mee rijdt. Daarbij kan het om een paar weken gaan, of zelfs een paar maanden.

Uiteindelijk kies ik de Fi’zi:k Antares R3 large (152 millimeter), vooral omdat ik geïntrigeerd ben door het grote verschil in breedte ten opzichte van de Selle Italia C2 van de gebioMized-test. De bikefitter is niet erg onder de indruk van het verschil in uitkomst. Het is makkelijk om alleen op cijfers af te gaan, zegt hij, maar als het op zadels aankomt gaat het uiteindelijk simpelweg om het gevoel van de renner. Net als de fitter van gebioMized raadt hij aan om in het geval van zadelpijn eerst goed te kijken naar de fietspositie in het algemeen. Als het zadel te hoog staat of wanneer de afstand naar het stuur te groot is, zijn problemen met het zitvlak praktisch onvermijdelijk.

Gebiomized

De pressure map laat zien waar de drukpunten zitten.

gebioMized maakt gebruik van een zadelhoes met 64 sensoren.

Kosten: € 100,-
Methode:
terwijl je fietst brengen sensoren ‘live’ de druk op het zadel in kaart, waarna aan de hand van deze data de drukpunten worden aangepakt

+ objectieve gegevens
– het lab is niet hetzelfde als de openbare weg

Kiezen: als je zadelproblemen hebt

FI’ZI:K-ALL

Fi’zi:k heeft een eigen zadelmeetsysteem. In 2008 introduceerde de zadel-fabrikant het Spine Concept-systeem en vorig jaar kwam men met een app voor de mobiele telefoon, de Spine Concept EVO-app. De app is gebaseerd op onderzoek van professor Rodger Kram van de Universiteit van Colorado en houdt rekening met het gewicht en vermogen van een renner, de ruggengraatflexibiliteit en de bekkenrotatie. Met de app wil Fi’zi:k wielrenners helpen hun fietscomfort te ‘berekenen’. Studies tonen aan dat hoe hoger het gewicht van een renner is en hoe lager de power-output, hoe meer druk er op het zadel komt en hoe meer ondersteuning er gewenst is (in de vorm van een breder zadel).

Daarnaast is de flexibiliteit van de renner een belangrijke factor, zo blijkt uit onderzoek waarbij 200 mannelijke wielrenners twee uur lang moesten fietsen en onderweg van zadel wisselden. De renners met een meer flexibele ruggengraat gaven platte zadels een hoger cijfer, terwijl de minder flexibele renners een voorkeur hadden voor de meer gebogen exemplaren. Opvallend was dat sommige renners met smallere zitbotten voor een breder zadel kozen en andere renners met brede zitbotten juist een smaller zadel, wat haaks staat op de theorie achter zadelmetingen die uitgaan van zitbotbreedte. De conclusie was dat de drukverdeling van grotere invloed is op het zitcomfort dan de breedte van de zitbotjes.

Je gaat rechtop staan, houdt de telefoon tegen je borst en buigt je voorover

De app is simpel in het gebruik. Je gaat rechtop staan, houdt je telefoon tegen je borst en wacht tot de kalibratie voltooid is en je telefoon drie keer piept. Vervolgens buig je zover mogelijk voorover tot je een piep hoort. Nu krijg je een typering: je bent ofwel een ‘Snake’ (hoge lichaamsflexibiliteit en geen bekkenrotatie tijdens het fietsen – je bekken blijft in een neutrale positie), een ‘Bull’ (lage flexibiliteit en veel bekken-rotatie) of een ‘Chameleon’ (gemiddelde flexibiliteit, weinig bekkenrotatie). Vervolgens kom je in een menu waar je je gewicht en geschat vermogen (‘gemiddelde snelheid op vlakke wegen’) invult, waarna Fi’zi:k ten slotte een bepaald zadel aanraadt (van Fi’zi:k natuurlijk). Voor de Snake beveelt Fi’zi:k een vlak zadel (neus tot uiteinde) aan: doordat er niet of nauwelijks sprake is van bekkenrotatie zijn de zitbotten van een Snake continu in contact met het zadel en kan het zitvlak de vlakke vorm aan, aldus Fi’zi:k. De Bull daarentegen heeft baat bij een gebogen zadel, dat zorgt voor verlichting van de druk die door de bekkenrotatie wordt veroorzaakt, en de Chameleon moet het doen met iets ertussenin. Als 80 kilogram zware, 32 kilometer per uur rijdende Chameleon beveelt de app mij een Fi’zi:k Antares large aan, die met 152 millimeter 12 millimeter breder is dan de regular size. Het is hetzelfde zadel als waar ik via de trial and error-methode bij uitkwam.

FI’ZI:K-APP

Simpel in het gebruik, maar op straat ziet het er een beetje vreemd uit.

Kosten: Gratis
Methode: download de app, houd je telefoon tegen je borst (scherm naar voren gericht) en buig voorover. Vul vervolgens de gevraagde gegevens in

+ gemakkelijk in het gebruik, gratis
– test zonder fiets

Kiezen: als je fietspositie al in orde is

ID-match

Ook Selle Italia heeft een eigen zadel-meetsysteem, idmatch geheten. Bij idmatch kom je niet weg met het openen van een app, maar moet je naar een winkel die deze service aanbiedt. Het gebeuren doet denken aan de gang van zaken als je de maat laat nemen voor een nieuw kostuum: eerst meet de bikefitter met een grote schuifmaat de afstand tussen de dijbeenbotten ter hoogte van de heup, daarna de diameter van beide dijbenen en ten slotte de bekkenrotatie. Voor dat laatste moet je voorovergebogen gaan staan, waarna de fitter een inclinometer onder op de gebogen rug plaatst en de hoek van de buiging meet. De data worden vervolgens in een computerprogramma ingevoerd en daar komt je persoonlijke ‘idmatch’ uit. Op basis van die uitslag en in combinatie met andere gegevens, zoals de discipline die je beoefent, het aantal kilometers dat je jaarlijks fietst, je gewicht en – niet onbelangrijk – je budget, doet idmatch ten slotte een suggestie voor een zadel. Ik kom uit bij de Flite Flow L2, een plat 145 millimeter breed zadel. De L staat daarbij voor large (145-150 millimeter), de 2 duidt op een inkeping van gemiddeld formaat.

Deukjes

In tegenstelling tot Fi’zi:k en Selle Italia gaat Specialized bij zadelmetingen uit van de breedte van de zitbotjes. Bij zo’n meting moet je in fietshouding plaatsnemen op een krukje met op de bovenkant een padding. Je zitbotjes laten een afdruk in de padding achter, waarna de bikefitter de afstand tussen de beide deukjes opmeet.

Deze zadelmeting is slechts één van de vijftien onderdelen van Specializeds Body Geometry (BG) Fit. Het Fitting Text Book, dat door alle gecertificeerde technici van het bedrijf wordt gebruikt, zegt er het volgende over: ‘Als een zadel de verkeerde breedte heeft (te breed of te smal is) zal de renner vaak op een van beide zitbotjes zitten, waardoor de ruggengraat gedraaid komt te staan. Idealiter wordt het zadel gemonteerd tijdens een BG Fit, zodat het zadel dat voor de renner het meest geschikt is direct ook in de juiste positie kan worden afgesteld.’

Ik laat de volledige meting voor wat hij is en gebruik in plaats daarvan de data van mijn eerste meting bij gebioMized om mijn fietspositie door te geven, en ga vervolgens met de Specializedbikefitter de opties af. Op basis van informatie over mijn fietsgedrag, mijn fietspositie en de zitbotjesmeting raadt hij me een Specialized Phenom 143 millimeter aan. De gemeten afstand tussen mijn zitbotten is overigens 122 millimeter, waarmee ik in het midden van het mannenmaten-spectrum zit.

Testen maar!

De uitslag van de vijf metingen is niet bepaald eenduidig. De Selle Italia’s (C2 en Flite Flow) hebben een uitsparing, de Specialized Phenom heeft een uitsparing én een sleuf, de Fi’zi:k Antares geen van beide. Ook wat betreft de breedte is er veel verschil: tussen de Selle Italia C2 (136 millimeter) en de Fi’zi:k Antares (152 millimeter) zit een groot gat. Opmerkelijk genoeg zijn dit de twee zadels die waren geselecteerd tijdens een fietstest!

Om de test consistent te houden gebruik ik bij het uittesten van de zadels steeds de fietspositie zoals die mij is aangemeten bij de gebioMized-meting, dezelfde fiets en dezelfde kleding. Met elk van de drie zadels rijd ik in totaal 240 kilometer, verspreid over drie ritten van 80 kilometer. De resultaten zijn verschillend, maar het lijkt erop dat mijn zadelproblemen tot het verleden behoren. Deels heeft dat ongetwijfeld te maken met mijn verbeterde fietspositie: het is niet voor niets dat iedere bikefitter het belang daarvan benadrukt. Tijdens het testen vallen twee zadels door de mand. Op de Selle Italia Flite Flow schuif ik constant heen en weer vanwege een aantal drukpunten waar ik bij de andere zadels geen last van heb. Met de ietwat smallere maar in de lengte meer gebogen Specialized heb ik minder problemen, maar de Phenom is naar mijn smaak wat te hard.

Bij idmatch is het alsof je wordt opgemeten voor een nieuw kostuum.

De Selle Italia C2 is dan weer het zachtst van het stel, en ook het smalst. Het zadel kwam als meest geschikte optie naar voren na de drukmeting van gebioMized en de resultaten in het lab waren hoopgevend, want de pressure map toonde veel turquoise en blauw – een indicatie dat de druk op het zadel laag is. Ook op de weg voelt de C2 goed aan, maar ik heb het idee dat de Fi’zi:k Antares me nog meer te bieden heeft in de vorm van een betere combinatie van steun en comfort.

Nadat ik de zadels uitgebreid heb getest ga ik terug naar mijn eerste fitting-adres om mijn favoriet, de Antares, te onderwerpen aan een gebioMizedmeting. De resultaten bevestigen deels mijn ervaring van op de weg: de pressure map ziet er uitstekend uit. De druk op de grootste drukpunten is lager dan bij de Selle Italia C2 en de krachtoverbrenging bij het pedaleren is met een verdeling van 50:50 perfect verdeeld. Wel toont de meting aan dat ik met de Antares tijdens het trappen iets meer op het zadel heen en weer beweeg dan bij de C2. Vreemd, aangezien ik tijdens het fietsen juist het idee had dat de Antares meer ondersteuning bood. Hoe dan ook, het is opvallend dat de twee zadels die me uiteindelijk het best bevallen het meest van elkaar verschillen wat betreft de breedte. Het toont aan dat er bij een zadelzoektocht veel meer komt kijken dan alleen meetwerk.

SELLE ITALIA IDMATCH

Kosten: Gratis

Methode: meting van de dijdiameter, afstand tussen de dijbeenderen en bekkenrotatie. Daarnaast worden fietsgedrag en -doelen meegewogen

+ selectie binnen een breed assortiment
– test zonder fiets

Kiezen: als je ook een complete bikefit van Selle Italia doet

Al te simpel

Het lijkt erop dat ik met de Antares een zadel heb gevonden waar ik mee vooruit kan. De vraag is waarom twee van de vijf methodes geen geschikt zadel. hebben opgeleverd en hoe betrouwbaar de methodes die voor mij hebben gewerkt voor andere renners zijn.

De twee methodes die geen geschikt zadel hebben opgeleverd, zijn die van Selle Italia en Specialized. Dit zijn allebei ‘snelle’ testmethodes waarbij er niet in de praktijk of zelfs maar in het zadel wordt getest. De kans is dan groot dat het zadel dat je mee naar huis krijgt toch niet optimaal is en je na een week alweer in de winkel staat omdat het niet werkt. Wanneer dat gebeurt, wordt het probleem eigenlijk alleen maar complexer in plaats van dat het wordt opgelost. Een bikefit en zadelmeting moet goed en uitgebreid gebeuren, of de klant kan het beter zelf uitdokteren. Alles wat daar tussenin zit is slordig, maar dat is wel wat er nu gebeurt. De ontwerpers van de zadelmeetsystemen doen hun best, maar ze proberen alle kennis die ze hebben bij elkaar te stoppen in een format waarmee iedereen kan werken, zodat iedere willekeurige medewerker een klant met het juiste zadel naar huis kan sturen. Dat is weinig realistisch. Daarbij krijgen klanten van de meeste producenten een minimale garantieperiode van 30 dagen, wat ervoor zorgt dat ze vaak een hele reeks zadels uitproberen. Dat kost een heleboel tijd en geld, voor de klant maar vooral voor de producent.

Iemand die hierover meer kan vertellen is de ervaren bikefitter en biomechanicus Jon Iriberri. Eerder dit jaar las ik op CyclingIndustry.com een artikel van hem met de titel ‘Bike saddles: Does the industry want an easy answer to a complex problem?’ In het interessante, aan de fietsindustrie gerichte stuk trekt Iriberri fel van leer, en hij beantwoordt zijn eigen vraag uiteindelijk met een ‘ja’. Iriberri vindt dat de ‘snelle’ zadelmeetsystemen van de grote fabrikanten tekortschieten, omdat de mate waarin het complexe probleem wordt vereenvoudigd op het belachelijke af is. ‘Iedere bikefitter weet dat zulke methodes niet de oplossing zijn. Het is voor de bikefitters die ermee moeten werken eigenlijk onmogelijk om volgens de richtlijnen van hun opdrachtgever te werken, omdat ze weten dat de oplossing complexer is dan de oplossing die hun bedrijf biedt.’

Ook de Fi’zi:k-app valt onder de categorie al te simpele oplossingen waar Iriberri het over heeft, maar voor mij heeft de app wel degelijk goed gewerkt. De vraag is of dat ook voor anderen geldt. Voor het trekken van een gegronde conclusie is er meer nodig dan een eenpersoonstest, maar het lijkt inderdaad onwaarschijnlijk dat de app een betrouwbare oplossing biedt. Bij een fiets- en zadelmeting komt veel meer kijken dan een app te bieden heeft. Ook Iriberri is sceptisch. Volgens hem brengt de app maar 15 procent in kaart van alle informatie die je nodig hebt voor een succesvolle zadelfitting.

‘Soms werken ze, maar soms ook niet’, is zijn veelzeggende commentaar. Fi’zi:ks methode verlegt de focus van de zitbotbreedte – waar veel bikefitters zich op blindstaren – naar andere aspecten en daar valt wat voor te zeggen, maar net als idmatch van Selle Italia of het zitbotkrukje van Specialized kun je de app hooguit gebruiken als vereenvoudigde graadmeter, als schatting naast de fiets. Met zulke systemen is het bijvoorbeeld onmogelijk om in te schatten op welke plek de padding moet zitten en in welke hoeveelheid en dichtheid.

Feedback & Trial and error

Kosten: Gratis

Methode: zadels worden op de fiets getest, met als basis een goede bikefit en feedback van de renner in kwestie

+ werpt het net breed uit en zoomt dan in
– gebrek aan objectieve data KIEZEN als je een goede bikefitter kent!