Je zult als tester op pad worden gestuurd met een racer die wordt beschouwd als de ultieme racefiets… dat kan in de praktijk alleen maar tegenvallen. Toch? De Parlee Z-Zero is inderdaad een zeer exclusieve racer, een statussymbool ook, maar hij kan de hooggespannen verwachtingen van Léon van Bon niet helemaal waarmaken.

Ultieme racefiets?

Het is misschien niet een van de bekendste merken, maar toch wordt de Parlee vaak genoemd als de ultieme racefiets. ‘Als je ooit op een Parlee hebt gereden, wil je niets anders meer.’ Zulke straffe uitspraken triggeren natuurlijk mijn nieuwsgierigheid. Dus toen De Mechanieker uit Amersfoort mij de mogelijkheid bood om er één te testen, kon ik geen nee zeggen.

Het merk is in 2000 opgericht door Bob Parlee. Met ervaring in het bouwen van boten had hij veel kennis van composietmaterialen als carbon. Zijn doel was niets minder dan de beste fiets ter wereld te maken. Geen tierlantijnen of design alleen om het oog te plezieren, maar een fiets waarvan de vorm functioneel is. High-end fietsen die speciaal voor jou gemaakt zijn. Als je Bob hoort praten, klinkt hij als de goeroe van de carbonindustrie met al zijn eigen ideeën en visies. Aerodynamische vormen geeft hij zijn wegfietsen niet zo snel.

Hij trekt de functionaliteit van alle aerodynamica sterk in twijfel, omdat de wind op de weg niet altijd blaast zoals in de windtunnel. Het resultaat kan dan zomaar in je nadeel zijn.

Losse carbon buizen

Parlee fabriceert zelf buizen en andere onderdelen van de fiets in huis. Daarmee kunnen ze niet alleen de geometrie aanpassen, maar ook het karakter van de fiets. Ze werken met vier verschillende buizen: SL (voor renners onder de 80 kilogram), UD voor coureurs van 80-100 kilogram, XL voor renners zwaarder dan 100 kilogram en de CL voor niet-wedstrijdrenners die een meer comfortabele fiets willen. Zo kunnen voor een maat 54 dertig verschillende frames worden geproduceerd, waarbij het gewicht van de renner een belangrijk uitgangspunt is.

De manier van bouwen van het frame is uniek. Parlee werkt met losse buizen die aan elkaar worden gezet met een soort lugs, maar deze worden niet voorgevormd. Hoe dit proces precies in zijn werk gaat, is het geheim van Parlee. Door meer of minder lagen carbon te gebruiken, kunnen zij ook het gedrag van de fiets beïnvloeden.

Niet alle fietsen worden in Amerika gebouwd. De Altum, Altum Disc, Chebacco and TTiR worden met een stock-geometrie gefabriceerd in Azië. Daarbij worden wel strakke richtlijnen gehanteerd die worden opgelegd aan de fabriek. Zo kunnen de waarden van Parlee worden gerespecteerd. In totaal worden er jaarlijks tussen de twee- en vijfduizend Parlee-fietsen geproduceerd.

Mix van buizen

Mijn testfiets wordt custom build. Ik moet eerst een vragenlijst invullen, die een indruk moet geven van wat voor soort renner ik ben en waar ik de fiets voor ga gebruiken. Hoeveel weeg ik, wat is mijn favoriete fiets, wat is mijn geschiedenis op de fiets en nog een paar van dergelijke vragen, maken het beeld compleet. Of althans, zo compleet mogelijk. Daarna vindt er een bikefitting plaats en kan het frame worden getekend. Dan volgt er nog overleg en kan de fiets uiteindelijk in productie gaan.

Voor de testfiets is gekozen voor een mix van buizen. SL voor de meeste buizen en UD voor de onderbuis en de liggende achtervork. De UD-buizen worden gebruikt om de ‘ruggengraat’ van de fiets stijver te maken en reactiever tijdens het klimmen en sprinten. Het frame wordt niet gespoten maar gewaxt om de structuur van het carbon te kunnen zien. Ik kan bijna niet wachten op het resultaat.

IK GROET TOM SIMPSON. ALS IK ER ZELF MAAR NIET BIJ NEERVAL, DENK IK NOG

Iets later dan verwacht wordt de fiets geleverd. Ik haal hem op bij Mechanieker. De fiets ziet er piekfijn uit. Het ongespoten carbon valt erg op. Het oogt fascinerend: de schittering in het licht en de verschillende soorten carbon op verschillende plekken. De afwerking is mooi en de geëtste letters op het frame ogen chic. De ronde buizen en de lugs doen mij vooral denken aan mijn oude Colnago. De lugs zijn op de meeste plekken echter vlak afgewerkt met de buizen en dat is mooi gedaan. Als de fiets zou zijn gespoten, was de ogenschijnlijke overeenkomst met Colnago ook veel minder. Als je van wat dichterbij kijkt, zie je dat de fiets mooi is afgewerkt met oog voor details. De boven-buis loopt van ovaal naar rond. De patten zijn ook vancarbon, om het gewicht omlaag te krijgen. Dat is prima gelukt, de com- plete fiets weegt net iets minder dan 7 kilogram. De oplossing van de bevestigingsmogelijkheid van de voorderailleur vind ik wat minder elegant gedaan. De vorm van het frame straalt eenvoud uit.

De fiets is afgemonteerd met SRAM eTap. Door het draadloze schakelsysteem heeft de Parlee een nog cleanere look. Het stuur, de stuurpen en zadel-pen zijn uit het huis van de framebouwer. De wielen zijn van Vittoria, net als de Corsa’s die erop liggen. Met de lichte zijkanten ogen ze traditioneel.

HET FRAME WORDT NIET GESPOTEN MAAR GEWAXT, OM DE STRUCTUUR VAN HET CARBON TE KUNNEN ZIEN

A Lug-verbindingen
B Geen nokjes
C Vittoria Quarano wielen

Cevennen

De zon werpt een lichtstraal tussen de luiken door. De vogels zingen uit volle borst. Het is goed toeven in het vakantiehuis van mijn broer in de Cevennen. Hij heeft een aantal pittige rondjes uitgezet en ik maak me klaar om te vertrekken. Ik pomp de banden op en stap op. Een van de eerste keren met blote benen en korte mouwen. De eerste indruk van de fiets is prima. Ik zit er goed op en hij trapt lekker weg. Hij voelt comfortabel. Op het eerste klimmetje van 5 kilometer dans ik naar boven. Dat gaat best lekker. De fiets danst met me mee. Ik heb de indruk dat hij niet superstrak is, maar het stoort me zeker niet. In de afdaling gooi ik me omlaag en eigenlijk gaat dat best goed. De smalle weg met grind is uitdagend. Heel hoge snelheden kan ik niet halen omdat ik met de vele bochten en dichtbegroeide omgeving moet oppassen dat ik niet plotseling op een auto stuit. Na een aantal bochten gebeurt dat toch en ik kan me nog net langs de bestelbus wringen. Even schrikken, maar ik ben ook blij dat ik niet als een gek naar beneden reed.

WAARSCHIJNLIJK IS HET BEST INGEWIKKELD OM EEN STIJF FRAME TE MAKEN ALS JE MET LOSSE CARBON BUIZEN WERKT

IJskoud

Na drie fantastische dagen in de Cevennen verhuis ik naar de Mont Ventoux. De volgende ochtend begin ik al vroeg aan de klim vanuit Bedoin. Ik rijd samen met mijn vriendin, die nog nooit een col is opgereden. Af en toe versnel ik een stuk om de fiets te voelen. Eigenlijk ben ik best tevreden over de Parlee. Ik heb er een prettig gevoel op. Maar ik heb nog niet de grens opgezocht. De berg laat zich gelden als we uit het bos komen. We horen de wind over ons heen waaien, maar voorlopig rijden we nog beschut achter de bergwand. Op een kilometer van de top verandert dat. De windstoten zijn met 120 kilometer per uur extreem. We rijden toch door naar de top, waar het ijskoud is. We trekken alle kleren aan die we bij ons hebben. Er is vrijwel niemand op de top. We willen naar Malaucène, maar de weg is nog afgesloten. “Wat doen we?” vraag ik aan Janine. “Laten we het proberen”, zegt ze. We kruipen onder de slagboom door en vervolgen onze weg. Ik ben bang dat we door een onverwachte windstoot van de weg worden geblazen. We gaan echt heel langzaam en ik krijg het steeds kouder. Wanneer we meer in het bos zijn, maak ik wat vaart. Af en toe ril ik van de kou. De Parlee reageert niet goed. De fiets begint te shimmyen, de voorkant van de fiets begint te trillen en dat wordt steeds erger. Het voelt erg beangstigend. Nu beweegt hij zo erg heen en weer dat ik moet remmen en bijna tot stilstand moet komen voordat het trillen stopt. Een kilometer verder gebeurt hetzelfde. Een paar kilometer verder nog een keer. Ik baal. Dit moet eigenlijk niet kunnen.

1 Bracket zonder schroefdraad.

In een slakkengangetje komen we beneden, waar het een stuk aangenamer is. Mijn verkleumde lichaam warmt langzaam op. We eten een bord spaghetti en rijden weer terug omhoog. Ondanks de wind gaan we het er toch op wagen. Wonder boven wonder valt het allemaal redelijk mee en staan we een paar uur later na veel genieten boven. Ik vrees weer voor de afdaling, dus ik doe het extra rustig aan. Zonder problemen kom ik beneden.

De tank is leeg

2 USA + USA. SRAM en Parlee.

De laatste dag ga ik eens kijken hoe snel ik de berg op kan. Ik maak me klaar en neem een stuk minder kleren mee. Het weer is beter en boven zou het 6 graden zijn, met minder wind. Ik vertrek in een flink tempo. De fiets voelt best goed aan. Eigenlijk is hij bergop prima. Het eerste stuk vliegt voorbij en in het bos zoek ik mijn tempo. Af en toe vergis ik me met schakelen. Bij eTap schakel je met rechts zwaarder en met links lichter. Als je van blad wilt wisselen, moet je beide handen gebruiken. Op zich een handig systeem, maar ik merk dat ik nog anders geprogrammeerd sta. De poging om op het buitenblad te schakelen resulteert in een tandje lichter. Zo zijn er af en toe wat vergissingen. Halverwege de klim schakelt mijn achterderailleur niet meer. F##k, mijn batterij leeg… In mijn hoofd schiet opeens een fotoshoot van Fiets voorbij. SRAM kwam uitleg doen over eTap. De batterij van de voorderailleur is gelijk aan die van achter en dus uitwisselbaar. Ik stop, wissel de batterijen en rij door. Maximaal 20 seconden verloren. Vlak voor Chalet Reynard kom ik op het stuk waar Chris Froome in de Tour vorig jaar ging lopen. In deze haarspeldbocht stond ik op de camper en maakte de foto waarop Froome aan het rennen is.

Voorbij Chalet Reynard wil ik gas geven, maar de tank is leeg. Ik zie af en het worden slopende laatste kilometers. Ik groet Tom Simpson. Als ik er zelf maar niet bij neerval, denk ik nog. Na 1 uur 27 sta ik boven. Drie minuten langzamer dan in de Tour van 2002. Toen deed ik rustig aan en was op tijd binnenkomen de enige voorwaarde. Het gevoel op de top is totaal anders dan gisteren. Bijna geen wind en iedereen maakt foto’s van elkaar. Tijd om af te dalen.

3 eTap specific – dus geen nokjes.

Ik wissel de batterijen even en zet hem op het buitenblad. Wissel ze weer en zo kan ik nog wat schakelen indien nodig. Na een pannenkoek bij Chalet Reynard duik ik naar beneden. De teller kruipt boven de 80 kilometer per uur. Ik voel de wind soms de fiets grijpen en ik voel me niet heel zeker. Shimmyen doet hij niet, maar echt stabiel is hij ook niet. Ik gooi me door wat bochten en dat doet de fiets prima. Ook de remblokjes op de grafiet velgen remmen goed. Ze gillen wel wat, maar dat is bijzaak.

4 Lijkt op een C60.

De wielen gedragen zich goed in de bochten. Ik zet aan en geef nog eens gas. Bij het huisje kom ik tot stilstand. Dat was hem weer.

Statussymbool

5 Chic grijs, zwart en skin.

Het is best een moeilijk geval. Negentig procent van de tijd heb ik genoten op de fiets. Hoewel ik wel merk dat hij niet superstrak is, blijft het nog net binnen mijn norm. Hij voelt licht en mijn houding op de fiets is goed. Ook stuurt hij prettig en reageert naar behoren. Maar dat shimmyen, dat mag eigenlijk niet gebeuren en ook op volle snelheid was hij aan de slappe kant. Als je er dan rekening mee houdt dat de fiets op mijn verzoek al extra strak is gemaakt, valt hij toch wat tegen. Waarschijnlijk is het best ingewikkeld om een stijf frame te maken als je met losse carbon buizen werkt.

6 Klik. Klaar.

Voor rond de 11 mille heb je de fiets in huis die ik getest heb. Een smak geld, maar dan heb je wel een Parlee. Het is een statussymbool en dat heeft zijn eigen charme. Op de weg is het een prima fiets wanneer je binnen de lijntjes kleurt. Een product met passie en liefde gemaakt. Een product met een visie. En over dat shimmyen: waarschijnlijk zullen de meeste mensen er niets van merken en het een fantastische fiets vinden.